e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q121c plaats=Bleijerheide

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
openbroek met linten onderboks: ongerboks (Bleijerheide) vrouwen (onder)broek (vero) met zijsplitten en voorzien van linten in de pijpband waarmee de kousen worden vastgemaakt [boks] [N 25 (1964)] III-1-3
openpersen platmaken: platmāxǝ (Bleijerheide) De naden aan weerszijden platpersen of openpersen. [N 59, 186] II-7
opgelegde naald overeensponden: øvǝrēšpoŋǝ (Bleijerheide) Tweevleugelramen sluiten met een naad tegen elkaar. Om deze naad dicht te houden wordt de ene vleugel aan de voor- en de andere aan de achterzijde voorzien van een rechtopgaande lat waarvan de ene helft half over de naad reikt en het andere gedeelte op de vleugel is bevestigd. Deze latten worden naalden genoemd. [N 55, 45a; N 55, 46] II-9
opgewarmde koffie breuzel: breuzel (Bleijerheide) Opgewarmde koffie (schuddebol?) [N 16 (1962)] III-2-3
opgezette zak opgezette tas: de opjezatste [taəsj (Bleijerheide) een opgezette zak (opgezette zak of tes, stölpzak) [N 59 (1973)] III-1-3
opgieten inschudden: ešødǝ (Bleijerheide) Water in de pomp gieten om deze op gang te krijgen als de kleppen etc. niet goed afsluiten. Zie ook de toelichting bij het lemma ɛlens zijnɛ.' [N 64, 135b; N 66, 51b; monogr.] II-11
opgroeiend jong kipje pul: pø̜l (Bleijerheide) Bedoeld wordt het kipje dat niet meer bij de klokhen is maar dat nog niet legt. [N 19, 40c] I-12
ophaalmachine fördermachine: fø̜rdǝrmašiŋ (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Laura, Julia]), ophaalmachine: ophǫlmašiŋ (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Winterslag, Waterschei]), vordermachine: vø̄ǝdǝrmašiŋ (Bleijerheide  [(Domaniale)]  ) De machine waarmee de kooien in de schacht opgehaald en neergelaten worden. [N 95, 81; monogr.] II-5
ophaalmachinist vordermachinist: vø̜rdǝrmašinest (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Domaniale]) De arbeider die de ophaalmachine bedient. [N 95, 134; monogr.] II-5
ophalen oppoetsen: opputsǝ (Bleijerheide), optrekken: optrɛkǝ (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Maurits]) De laatste poetsbewerking van de schoen met behulp van borstels en zachte doeken om de schoen zijn diepste glans te geven. [N 60, 143a] || Iets uit de ondergrond naar boven halen. [N 95, 611] II-10, II-5