e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L269p plaats=Blerick

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kieuwen kieuwen: keeuw (Blerick), keeuwe (Blerick), kiewe (Blerick), kīewe (Blerick) Hoe noemt u de vlezige platen aan de kop van een vis waardoor hij ademhaalt (kieuw, koen, wam) [N 83 (1981)] || kieuw [SGV (1914)] || kieuwen (mv.) [SGV (1914)] III-4-2
kieuwen (wbd) roepen: roope (Blerick) uit de verte roepen [kieuwen] [N 87 (1981)] III-3-1
kievitsbonen kievitsbonen: kievitsbôên (Blerick) Een kievitsboon, een gespikkelde bruine boon (panachee, boterboon, kievitsboon, vreemdeboon, eitje, volterseke). [N 82 (1981)] I-7
kiezel, kiezelsteen kiezel: keezel (Blerick) kiezel [SGV (1914)] III-4-4
kikker kwakvors: kwekvorsch (Blerick), kwɛkfoͅrs (Blerick) kikvors, puit [RND] || kikvorsch [SGV (1914)] III-4-2
kikkerdril kikkerdril: kekərdrel (Blerick) kikkerrit [RND] III-4-2
kikkerdril (2, bewerkt) (-)dril: kekərdrel (Blerick) kikkerrit [RND] III-4-2
kikkervisje desderkopje: daezderkôpke (Blerick), dikkop: diekkop (Blerick), koelekopje: koeleköpke (Blerick), koelemuil: koelemoel (Blerick), kwakvors: kwekvors (Blerick), pannenstaartje: pannestertje (Blerick) kikkervisje [DC 09 (1940)], [DC 17 (1949)] III-4-2
kind (algemene benaming) kind: kind (Blerick, ... ), kink (Blerick), kint (Blerick), kīnd (Blerick), nieuw  kind (Blerick), ouderwets  kink (Blerick) kind [DC 03 (1934)], [DC 05 (1937)] III-2-2
kind (troetelnaam) hummeltje: hummelke (Blerick) het liefkozend woord van ouderen voor kinderen [doeleke, dooier, fies, kadolleken, zoeteken, krotte, schijtgat, drulleke, hummel, etc.] [N 87 (1981)] III-2-2