e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Blitterswijck

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
mier zeikdempel: zekdempel (Blitterswijck), zèkdempel (Blitterswijck) mier [SGV (1914)] III-4-2
mierikswortel mierikswortel: mierkswortel (Blitterswijck) mierikswortel I-7
mijt meel: meel (Blitterswijck) mijt (insect) III-4-2
mikken loeren: lu:rə (Blitterswijck) lonken (mikken) [RND] III-3-2
miltkuilen miltkuilen: (enk)  mēltkyl (Blitterswijck) Holten in het lijf van een niet fraai gebouwde koe. [N 3A, 146; monogr.] I-11
min, voedster min: min (Blitterswijck) voedster III-2-2
minderjarig niet mondig: nie mun-dig (Blitterswijck) minderjarig [SGV (1914)] III-2-2
miskraam misval: misval (Blitterswijck), opslag: ópslag (Blitterswijck) miskraam III-2-2
mismaakt mismaakt: mismākt (Blitterswijck) mismaakt [SGV (1914)] III-1-2
mispel mispel: mīspel (Blitterswijck) mispelaar, vrucht III-4-3