e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bocholt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
trommeltje trommetje: trymkə (Bocholt) trommeltje [RND] III-3-2
trommelzucht opstijven: ǫpstivǝ (Bocholt) Een sterke gasophoping in de pens bij koeien vooral veroorzaakt dor het eten van nat of bedauwd gras en klaver. Deze trommelzucht belet, door druk op de longen, de ademhaling en leidt tot hevige benauwdheid die de dieren kan doen stikken (Berns 1983, blz. 129). Zie ook het lemma ''trommelzucht'', ''meteorisme'' in wbd I.3, blz. 468-471. [N 3A, 90; L 23, 1c; A 48A, 6; N C add.; monogr.] I-11
trompet trompet: trómpèt (Bocholt) het koperen blaasinstrument met een schetterende, doordringende toon [trompet, toet] [N 112 (2006)] III-3-2
troosten; troost moederen: Waat ich uich zag en diëj: doa hòlp gèè modere(n) aan  modere (Bocholt) bemoederen, troosten III-1-4
tros vruchten trosje: truske (Bocholt) tros [ZND 32 (1939)] I-7
trossen poezen: pūzǝ (Bocholt) Gekleurde kwasten boven op het haam. [N 13, 13] I-10
trots groots: greuts (Bocholt), Ich bön bezinner griêts op di-j prestsie Loat dèè griêtse stinkerd mè luipe (meer pejoratieve bet.)  griêts (Bocholt), wreed: Waat waas zi-j vriêd op hère nûwe velo  vriêd (Bocholt) blij, trots || groots [ZND 24 (1937)] || grootsig, fier III-1-4
trotsheid grootsigheid: Zuu ein kaal kakmedam stikt òmmes vanne griêtsigheid  griêtsigheid (Bocholt), hovaard: det kaal kakmadammeke stikt vannen huvaard (of: vanne huvèèrdigheid)  huvaard (Bocholt) het laten blijken van het gevoel dat men méér is dan een ander(e) || hoogmoed III-1-4
trouwboekje trouwboekje: trouwbeukske (Bocholt) het trouwboekje [trouwbusj-je] [N 96D (1989)] III-2-2
trouwen trouwen: trouwe (Bocholt, ... ) door het huwelijk verenigd worden; trouwen [sjanken, sanksen, berinnen, trouwen] [N 115 (2003)] || Trouwen, mensen in de echt verbinden [trouwe]. [N 96D (1989)] III-2-2, III-3-3