e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bocholt

Overzicht

Gevonden: 5095
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bruid bruid: broed (Bocholt), 1a-m; 22, 29a;  broed (Bocholt), brōēt (Bocholt) bruid [ZND 01 (1922)] || de bruid [broeëd] [N 96D (1989)] III-2-2
bruidegom bruidegom: broedegom (Bocholt), bruigom: 1a-m; 22, 29a;  broegom (Bocholt) bruidegom [ZND 01 (1922)] || de bruidegom [brudejam] [N 96D (1989)] III-2-2
bruidje in de processie bruidje: bruidjes (Bocholt), bruudsje (Bocholt) Een in het wit gekleed meisje in de processiestoet [bruidje, maagdje, ingelche]. [N 96C (1989)] || Hoe heten de kleine meisjes die in de processie gaan? [ZND 22 (1936)] III-3-3
bruidsjapon bruidskleed: broedskleid (Bocholt), trouwkleed: trouwkleid (Bocholt) de bruidsjapon, het bruidskleed [N 96D (1989)] III-2-2
bruidsjonker bruidsjong: broedsjong (Bocholt) de bruidsjonker [brönker] [N 96D (1989)] III-2-2
bruidsmeisje bruidsmaagdje: broedsmèigdsje (Bocholt) het bruidsmeisje [brönkesje] [N 96D (1989)] III-2-2
bruidspaar bruidspaar: broedspaar (Bocholt) het bruidspaar [N 96D (1989)] III-2-2
bruidssluier sluier: sluujer (Bocholt) de sluier van de bruid, trouwsluier [sleuer] [N 96D (1989)] III-2-2
bruidsstoet bruidsstoet: broedsstoet (Bocholt) de bruidsstoet [broeds-tsoch] [N 96D (1989)] III-2-2
bruiloft bruiloft: 1a-m; 22, 29b;  broeloft (Bocholt), trouwfeest: trouwfiest (Bocholt) bruiloft [ZND 01 (1922)] || de bruiloft, het huwelijksfeest [hoeëchtsiet] [N 96D (1989)] III-2-2