29651 |
het kleibed doornat maken |
nat maken:
nās māxǝ (Q211p Bocholtz)
|
In Q 83 werden met behulp van een lepelboor (lęp\lbu\r) gaten in de klei gemaakt. Vervolgens werd water op de klei gegooid dat door de gaten in de klei trok. Daardoor werd de grond vers (vi\s) en beter te bekneden (b\knē̜\). [N 98, 63; N 98, 68; monogr.]
II-8
|
29655 |
het kleibed met de voeten treden |
leem treden:
lēm trē̜nǝ (Q211p Bocholtz)
|
[N 98, 67; monogr.]
II-8
|
29653 |
het kleibed omzetten |
hakken en kratsen:
hakǝ ę ̞n kratsǝ (Q211p Bocholtz)
|
[N 98, 65]
II-8
|
32689 |
het land aftreden |
aftreden:
āftrę̄i̯nǝ (Q211p Bocholtz)
|
Voordat men begint te ploegen, schrijdt men de akker langs twee tegenover elkaar gelegen zijden af, a) om het midden te bepalen als men bijeen gaat ploegen, b) om hem in gelijke stukken te verdelen, als men in panden gaat ploegen, c) om de vooraf of achteraf te ploegen hoek uit te zetten, als het een gerende akker betreft. De opgesomde termen, die alle "het land", "de akker", "de plak" e.d. als object veronderstellen, zijn ook toepasselijk op het schrijdend opmeten van het land in het algemeen. [N 11, 40; N 11A, 131a; JG 1a + lb; monogr.]
I-1
|
19638 |
het licht aandoen |
aandoen:
aandoen (Q211p Bocholtz)
|
Wat zegt u tegen \'het licht aansteken\'? (aandoen, aanmaken, aandraaien) [N 104 (2000)]
III-2-1
|
23609 |
het misboek omdragen |
boek omdragen:
boek umdrage (Q211p Bocholtz)
|
Het misboek omdragen, van de epistel- naar de evangeliezijde van het altaar brengen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23573 |
het orgel trappen |
orgel treden:
orgeltraene (Q211p Bocholtz)
|
Het orgel treden of trappen, de blaasbalg tredend met lucht vullen en gevuld houden. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
19415 |
het vuur doven |
uit laten gaan:
⁄t oes losse jao (Q211p Bocholtz)
|
doven, laten uitgaan, gezegd van vuur in de kachel [N 07 (1961)]
III-2-1
|
23618 |
het zielboek aflezen |
de dodenlijst aflezen:
doedelieës aaflèze (Q211p Bocholtz)
|
Het zielenboek aflezen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23619 |
het zielboek voldoen |
dodenlijst betalen:
doedelieës betsaale (Q211p Bocholtz)
|
Het zielenboek voldoen, de hiervoor verschuldigde bijdrage betalen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|