e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bocholtz

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pannen schuren poetsen: putsə (Bocholtz) metaal met behulp van water en zand of andere schurende middelen vlekvrij en glanzend maken [DC 15 (1947)] III-2-1
pannenkoek pannenkoek: Syst. Veldeke  pannekoch (Bocholtz) Pannekoek, heel in het algemeen (struif, flenske, koekebak?) [N 16 (1962)] III-2-3
pannenkoekenbeslag deeg: Syst. Veldeke  deeg (Bocholtz) Beslag voor het bakken van pannekoeken (timper?) [N 16 (1962)] III-2-3
pantoffel pantoffel: pantoeffel (Bocholtz), slob: žloebe (Bocholtz) Hoe noemt men de pantoffels? [DC 09 (1940)] III-1-3
pap pap: Syst. Veldeke  pap (Bocholtz) Pap, heel in het algemeen [N 16 (1962)] III-2-3
paradijs paradijs: et paradies (Bocholtz) Het Paradijs [et paredies]. [N 96D (1989)] III-3-3
paraplu scherm: vgl. du. Schirm"paraplu.  sjirm (Bocholtz) paraplu [N 23 (1964)] III-1-3
parochie parochie: parochie (Bocholtz) Een parochie. [N 96D (1989)] III-3-3
pas uit het ei gekomen kipje tiesje: tisjǝ (Bocholtz) [N 19, 40b] I-12
pasbrug lichthout: lexthoǝts (Bocholtz) Het horizontale balkje, als onderdeel van de licht van handmolens, waar de zwengel en de spil op rusten. De pasbrug is aan één uiteinde scharnierend vastgezet en rust met het andere uiteinde op de lichtboom. [N D, 21] II-3