18030 |
oprispen |
boeren:
boere (L269b Boekend),
keuken:
kuïke (L269b Boekend),
opbreken:
t zoor brik mich op (L269b Boekend),
ut zoor brik mich op (L269b Boekend),
oprupsen:
oprupse (L269b Boekend)
|
Indigestie: storing van de spijsvertering als gevolg van overlading van de maag, te snel eten (muik, overetendheid). [N 84 (1981)] || oprispen, een boertje laten [beuke, bulke, opgeure, opbotte] [N 10a (1961)] || oprisping hebben gepaard gaande met een zure smaak in de mond [opzuure] [N 10 (1961)] || oprisping, een zure oprisping [de vuilen opbot, zooj, zuur] [N 10a (1961)]
III-1-2
|
19426 |
opruimen |
opruimen:
opruume (L269b Boekend)
|
Opruimen (opruimen, oprommelen, klarantie maken, ontdoen) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
17866 |
opschuiven |
opschuiven:
opschuuve (L269b Boekend)
|
Opschuiven: in een zijwaartse richting schuiven om plaats te maken (opschikken, schavielen, opschuiven). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
17900 |
optillen |
opheffen:
ophuffe (L269b Boekend)
|
(Op)heffen, tillen: in de hoogte heffen (beuren, heffen, tillen, lichten). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
34053 |
os |
os:
ǫs (L269b Boekend)
|
Gesneden mannelijk rund [N 3A, 19; JG 1a, 1b; A 3, 37; A 4, 12; L 4, 37; L 20, 12; Wi 16; monogr.]
I-11
|
34659 |
ossenoog |
kijkgat:
kiǝk˲gāt (L269b Boekend)
|
Piepklein, meestal rond raampje (met ongeveer 1 cm doorsnede) in de achterwand van het rijtuig [N 101, 22]
I-13
|
33763 |
oud, versleten paard |
krak:
krak (L269b Boekend)
|
Zie ook het lemma ''benamingen voor het paard naar de leeftijd'' (2.4.1), sub F. [JG, 1b; A 45, 28a; L 5, 36; L 36, 82; N 8, 20, 62f en 62g; monogr.]
I-9
|
21763 |
oude mens |
oudere:
aldere (L269b Boekend, ...
L269b Boekend)
|
oude man [N 102 (1998)] || oude vrouw [N 102 (1998)]
III-3-1
|
22317 |
oudejaarsavond |
oudejaarsavond:
aldejaorsaovend (L269b Boekend),
oudjaarsavond:
altjaorsaovend (L269b Boekend)
|
Oudejaarsavond [silvesteraovent]. [N 06 (1960)]
III-3-2
|
21762 |
ouden van dagen |
oude lui:
alde luuj (L269b Boekend, ...
L269b Boekend,
L269b Boekend)
|
oude man [N 102 (1998)] || oude vrouw [N 102 (1998)] || ouden van dagen [N 102 (1998)]
III-3-1
|