| 20677 |
stamppot |
potage:
Syst. WBD petasie = stamppot
petasie (L269b Boekend),
stamp:
stamp (L269b Boekend),
stamppot:
Syst. WBD
stamppot (L269b Boekend)
|
puree [stamp, stoemp] [N 38 (1971)] || Stamppot, heel in het algemeen [N 16 (1962)] || Wat verstaat u onder: potaage, petazzie (soep, gekookte groente of stamppot?) a.u.b. ook de uitspraak aangeven [N 16 (1962)]
III-2-3
|
| 20757 |
stamppot met stokvis |
stokvisstamp:
Syst. WBD
stokvisstamp (L269b Boekend)
|
Stamppot van aardappelen met stokvis en uien (pratmoes, stieveleknech, kalvètsj?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
| 22730 |
standbeeld |
standbeeld:
standbeeld (L269b Boekend)
|
Marmeren beeld. [N 06 (1960)]
III-3-2
|
| 17821 |
steek |
steek:
steek (L269b Boekend)
|
steek, hoed waarvan de (gedeeltelijke opgeslagen) luifel in twee punten uitloopt (zoals de militarie steek) [suuberood, severo, tööt] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
| 19408 |
steelvormig handvat |
handvat:
handvat (L269b Boekend)
|
Rechte greep waarmee b.v. een pan, kan pot, lepel, vork wordt aangepakt (steel, handvat, handsvat) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
| 20942 |
steen |
pit:
pit (L269b Boekend)
|
De pit van een steenvrucht (kern, steen, pit, baak, teel, kelling). [N 82 (1981)]
III-2-3
|
| 33683 |
steenachtige grond |
kiezelkop:
kēzǝlkop (L269b Boekend)
|
Grond die vol stenen of kiezel zit. [N 27, 32; N 11, 2d; N 27, 31; A 10, 4]
I-8
|
| 19637 |
steenkool |
kolen:
vette koule (L269b Boekend)
|
Hoe noemt u de vette kolen? [N 104 (2000)]
III-2-1
|
| 18111 |
steenpuist, bloedzweer |
bloedzweer:
bloodzwaer (L269b Boekend)
|
Bloedzweer: pijnlijke, rode, meestal in de nek of oksel optredende huidontsteking (kwader, negenoog). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
| 21421 |
stelen |
stelen:
stééle (L269b Boekend)
|
stelen (geen context) [DC 38 (1964)]
III-3-1
|