e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Boorsem

Overzicht

Gevonden: 2513
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kinderfiets kinderfiets: kèngerfits (Boorsem) Hoe noemt u in uw dialect: een rijwiel waar kleine kinderen op rijden [N 99 (1991)] III-3-1
kinderfluitje fluit: fluit (Boorsem), Fluitsjes make: van heulenteul (vlierhout) maakgde de kènger ziech fluitsjes.  fluit (Boorsem) [Jongensspel - allerhande]:[Fluit]. || [Muziek/zang]: Fluit. III-3-2
kinderkleren kinderkleren: kinərklɛijər (Boorsem) kinderkleren, kinderkleertjes [N 23 (1964)] III-1-3
kinderkoor kinderkoor: kengerkwoir (Boorsem) Het kinderkoor, jongenskoor of knapenkoor, een zangkoor van kinderen uit de hoogste klassen van de lagere school. [N 96B (1989)] III-3-3
kindermis kindermis: kēngermēs (Boorsem) Een kindermis, schoolmis [kiendermis, kingermès, sjoeëlmès?]. [N 96B (1989)] III-3-3
kinderschort met mouwen kinderscholk: kiŋərsjolək (Boorsem) kinderschort met mouwen [smul] [N 24 (1964)] III-1-3
kinketting kinketting: kenkęteŋ (Boorsem), stangkettinkje: staŋkęteŋskǝ (Boorsem) Korte ketting onder de kin van het paard, die de bitringen van de bitstang met elkaar verbindt en tot steun van het bit dient. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; N 13, 46; monogr.] I-10
kinkhoest kiekhoest: [Paragraaf: leven/gezondheid/ziekte/vermoeidheid].  kiekhòòs (Boorsem) kinkhoest III-1-2
kinnebak kinnebakkes: kinnebakkes (Boorsem) Een kinnebak: kaakbeenderen (kinnebak, kinnebakkes, geschaar) [N 106 (2001)] III-1-1
kippen hennen: enǝ (Boorsem) De hennen of de hoenderen. De (vrouwelijke) kippen of hennen vormen de meerderheid in een kippenhok en geven hun naam aan het geheel. Zie afbeelding 8. [N 19, 37; RND 1; Wi 13; Wi 14; Wi 17; A 6, 1b; JG 1a, 1b, 2c; L 1a-m; L 6, 20a; L 28, 35; L 22, 22; L 33, 20; L 34, 12; L 34, 13; L 42, 5; L 44, 53; S 14; NE 2, I; Gwn 5, 14; Vld.; monogr.] I-12