e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Borgharen

Overzicht

Gevonden: 1951
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
doffer, mannelijke duif hoorn: hoere (Borgharen), hoerə (Borgharen), hore (Borgharen), horen: hoere (Borgharen, ... ), hore (Borgharen) doffer: een mannelijke duif [GV K (1935)] || duif, mannetje [ZND 18 (1935)] || mannetjesduif [SGV (1914)] III-4-1
dolle kervel wilde kervel: welǝ kervǝl (Borgharen) Chaerophyllum temulum L. Een vrij algemeen voorkomend -naar men aanneemt: giftig- onkruid aan bosranden, akkerkanten en beschaduwde wegbermen met een behaarde, roodgevlekte stengel, witte bloempjes in schermen en veervormig, ingesneden donkergroen blad. Het bloeit van mei tot juli en de lente varieert van 60 tot 120 cm. [A 60A, 16; L 1, a-m; L 6, 35; L 15, 8; S 7; monogr.] I-5
dompelen dompelen: dompelen (Borgharen) dompelen [SGV (1914)] III-1-2
donderen donderen: dondere (Borgharen) donderen [SGV (1914)] III-4-4
donderx donder: donder (Borgharen) donder [SGV (1914)] III-4-4
donker, duisterx duister: duuster (Borgharen) donker [donkel, duuster, domp] [N 06 (1960)] III-4-4
dood (bn.) dood: doed (Borgharen), doet (Borgharen, ... ) dood (bijv.) [DC 03 (1934)] III-2-2
doodskleed doodskleder: doetskleier (Borgharen), doodskleed: doetskleid (Borgharen), wit doodskleed (Borgharen), Soms geel. Soms was dit al vóór de dood pasklaar.  wit doodskleed (Borgharen) bekleding van de overledene, wanneer hij in de doodkist wordt gelegd (thans inventarisatie; betekenis/uitspraak [N 23 (1964)] || bekleding van de overledene, wanneer hij in de doodkist wordt gelegd (vroeger inventarisatie; betekenis/uitspraak [N 23 (1964)] || kleding waarmee overledene wordt bekleed [N 23 (1964)] III-2-2
doof doof: douf (Borgharen) doof [SGV (1914)] III-1-1
dooien dooien: doeje (Borgharen) dooien [SGV (1914)] III-4-4