e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Borlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tweespeen tweedeem: twɛ̄døm (Borlo) Koe die slechts uit twee spenen melk geeft. [N 3A, 66] I-11
twijg karwats: kǝrwats (Borlo) Vaak wordt in plaats van een zweep ook een twijg gebruikt om het paard aan te vuren. [JG 1a, 1b; monogr.] I-10
u-vormige hoeve boerderij: [boerderij] (Borlo) De bebouwing ligt in hoefijzervorm; de binnenplaats is aan drie zijden gesloten door woonhuis, stallen en schuren. Enkele opgaven komen overeen met de algemene benaming voor de boerderij; ter plekke is dan de U-vormige bouw de algemeen gebruikelijke. Voor de fonetische documentatie van deze gevallen wordt verwezen naar het lemma "boerderij, algemeen" (1.1.1). Zie kaart 4, het Ten Geleide van deze aflevering en afbeelding 5. [N 4A, 3] I-6
ui, ajuin djaan: džān (Borlo) ajuin (sg) [Goossens 1b (1960)] I-7
uier ouwer: ūr (Borlo), uier: ø̜̄r (Borlo, ... ), ø̜̄ǝr (Borlo) [JG, 1b; A 30, 6e; L 49, 6e; N 8, 39a en 39b]De melkklier van de koe zoals zij zich uitwendig vertoont onder aan de buik. Op de kaart is het woordtype uier niet opgenomen. [JG 1a, 1b; Gwn V, 7; L 8, 24a; L 14, 27a; RND 127; S 38; Wi 51; monogr.] || Uier, alle tepels samen. [N 19, 19b; JG 1a, 1b] I-11, I-12, I-9
uit (voetbal) uit: āt (Borlo) (De bal is) uit. [DC 49 (1974)] III-3-2
uitgeteld zijn uit zijn van (de/haar) tijd: uit zijn van (de/haar) tijd (Borlo) De koe staat op het punt te gaan kalven. [N 3A, 43] I-11
uitkomen uitkomen: ātkǫu̯mǝ (Borlo) Het boven de grond uitkomen van het gekiemde zaadkorreltje. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit S 17] I-4
uitmaken wie mag beginnen heulen: we zullen heule tiste  heule (Borlo), tellen: ve zulle ies tellen (Borlo) Hoe zeggen de kinderen, wanneer ze eerst willen zien wie mag beginnen, b.v. bij het knikkerspel? Vertaal dus en vul aan: We zullen eerst ... [ZND 26 (1937)] III-3-2
uitneembaar frontje boezem: buzəm (Borlo) frontje, uitneembaar ~ in de hals van een jurk [vestje, plastron] [N 24 (1964)] III-1-3