| 19657 |
dweilen |
dweilen:
dweͅi̯lə (L428p Born, ...
L428p Born)
|
stenen of houten vloeren, stoepen, etc. met behulp van water en een grove doek schoonmaken [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
| 19260 |
dwingen |
dwingen:
dwengen (L428p Born)
|
het iemand onmogelijk maken anders dan op een bepaalde wijze te handelen [dwingen, nopen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 18405 |
eau de cologne |
cologne (fr.):
klónj (L428p Born)
|
reukwater, eau de cologne [lodderijn] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
| 24957 |
eb, laagtij |
laag water:
lēēg water (L428p Born)
|
eb, teruggaan van het water van de zee en de toestand van laag water [N 81 (1980)]
III-4-4
|
| 25024 |
echo |
naklank:
nöa klank (L428p Born)
|
een naklinkend geluid [halm, nagalm, echo] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
| 33297 |
echte koekoeksbloem |
vuurbloem:
vȳrblōm (L428p Born)
|
Lychnis flos-cuculi L. Een algemeen voorkomende plant in graslanden met rechtopstaande stengel en roze-rode bloemen met gespleten kroonbladeren. De plant bloeit van mei tot september en komt ook wel gekweekt voor. De hoogte varieert van 30 tot 90 cm. [A 17, 2; A 49B, 2; monogr.]
I-5
|
| 20394 |
echtgenoot |
mens:
minsj (L428p Born)
|
de man met wie men getrouwd is [man, mens, baas] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
| 20391 |
echtgenote |
vrouw:
vrouw (L428p Born),
man zegt: de vrouw
vrouw (L428p Born)
|
(vrouw; ) bestaat er een afzonderlijk woord voor vrouw in de beteekenis van echtgenoote? [DC 05 (1937)] || de vrouw met wie men getrouwd is [wijf, vrouw] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
| 18101 |
eczeem |
eczeem:
eczeem (L428p Born)
|
Eczeem: jeukende huiduitslag met blaren, roodheid, vochtafscheiding, korsten en schilfers (zilt, haarworm). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
| 24436 |
eekhoorn |
eekhoorntje:
eikörke (L428p Born),
enkkeurke (L428p Born)
|
eekhoorn [DC 07 (1939)], [Roukens 03 (1937)]
III-4-2
|