e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bree

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ecthyma, zere bekjes, muilschurft langmuil: laŋkmøu̯i̯l (Bree) Een soms goedaardige, soms ook kwaadaardige aantasting van de slijmvliezen van de mondholte, waarbij op de lippen korsten ontstaan. [N 77, 62; N 19, 68; A 48a, 49] I-12
eczeem eczema: ekzema (Bree) Eczeem: jeukende huiduitslag met blaren, roodheid, vochtafscheiding, korsten en schilfers (eczeem, uitslag, (haar)worm). [N 107 (2001)] III-1-2
eed eed: ēͅit (Bree), êd (Bree) eed [ZND 23 (1937)] || een eed [ZND A2 (1940sq)] III-3-1
eekhoorn eekhennetje: ook ZND 02, 008  ē.ŋkēnken (Bree), eͅŋk‧enəkə (Bree), eekhoorntje: ook ZND 02, 008  é.ŋkērken (Bree), eekkammetje: ook ZND 02, 008  ei.kēͅmken (Bree), enkbeugel: ēͅŋkbeͅjgəl (Bree), inkbi-jgel (Bree), enkbeugeltje: ook ZND 02, 008  eͅŋbi‧əgəlkə (Bree), enkpetje: ook ZND 02, 008  eͅŋkpɛtjə (Bree) eekhoorn [ZND 01 (1922)] || eekhoorntje [ZND B2 (1940sq)] III-4-2
eelt, eeltknobbel eelt: ēͅəlt en zən han (Bree), weer: wíi.r (Bree), zwel: zwiel in zien han (Bree), zwiêl (Bree), zwíi.l (Bree) eelt [ZND m] || eelt, eeltknobbel [zweel, zweil, weer, jelt] [N 10a (1961)] || Hij heeft eelt in zijn handen (verharding van de huid door het werken met de spade) [ZND 35 (1941)] III-1-2
eeltwrat, zweelwrat wrat: vrat (Bree) Wratvormige uitwassen (zweel = eelt) binnenwaarts aan de hoofdschenkels van voor- en achterpoten. Ze zijn, net als de vingerafrukken bij de mens, volkomen individueel. Men veronderstelt dat ze overblijfselen van een extra teen of aanhangsel zijn. Zie afbeelding 2.27. [A 4, 2e; L 20, 2e; N 8, 32.1, 32.3, 32.4, 32.13, 32.15 en 32.16] I-9
een aflaat verdienen aflaat verdienen: aafloat verdene (Bree) Een aflaat verdienen/winnen/bekomen/halen/bidden [ne ablas verdeene?]. [N 96B (1989)] III-3-3
een askruisje halen kruisje halen: krijske hale (Bree) Zich met as laten tekenen op Aswoensdag, een askruisje halen. [N 96C (1989)] III-3-3
een berisping krijgen een sigaar krijgen: ein sigaar kri-jge (Bree), səgār kregə (Bree), een waarschuwing krijgen: ein woarsjuûwing krige (Bree) een sterke berisping [uitschijter, schrobbering, schoefeling] [N 85 (1981)] || hoe zeg je: een vermaning, een berisping krijgen (woord op -ment) ? [ZND 41 (1943)] III-1-4
een bevel opvolgen luisteren: lûstere (Bree) een bevel opvolgen [pareren, luisteren, gehoorzamen] [N 85 (1981)] III-3-1