e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bree

Overzicht

Gevonden: 6062
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
brug brug: brik (Bree), brég[ə} (Bree) brug [RND], [ZND m] III-3-1
bruid bruid: brûd (Bree), bruidje: bri-jdsje (Bree) de bruid [broeëd] [N 96D (1989)] III-2-2
bruidegom bruidegom: bruidegom (Bree) de bruidegom [brudejam] [N 96D (1989)] III-2-2
bruidje in de processie bruidje: bri-jdsje (Bree), èè bri-jdsje (Bree) Bruidje in de processie. [N 07 (1961)] || Een in het wit gekleed meisje in de processiestoet [bruidje, maagdje, ingelche]. [N 96C (1989)] III-3-3
bruidsjapon bruidskleed: brûdskleid (Bree) de bruidsjapon, het bruidskleed [N 96D (1989)] III-2-2
bruidsmeisje bruidsmaagdje: brûdsmèègdsje (Bree) het bruidsmeisje [brönkesje] [N 96D (1989)] III-2-2
bruidssluier sluier: sluier (Bree) de sluier van de bruid, trouwsluier [sleuer] [N 96D (1989)] III-2-2
bruidsstoet bruidsstoet: bruidsstoet (Bree) de bruidsstoet [broeds-tsoch] [N 96D (1989)] III-2-2
bruiloft bruiloft: brûleft (Bree), trouwfeest: truiwfiêst (Bree) de bruiloft, het huwelijksfeest [hoeëchtsiet] [N 96D (1989)] III-2-2
brulkoe brulkoe: brø̜lko (Bree) Een koe die aan de brulziekte lijdt. [N 3A, 101, A 48A, 45b, 45c; L 19B, 4a] I-11