25313 |
centiare, maat van 1 m2 |
centiare:
centiaar (L360p Bree)
|
de maat die een oppervlakte aangeeft van 1 vierkante meter [centiare, centiaar] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
21539 |
centiem |
cent:
ps. omgespeld volgens Frings.
seͅnt (L360p Bree)
|
koperen munt van 1 centiem [N 21 (1963)]
III-3-1
|
18824 |
chagrijn |
chagrijn:
det jònk is ein echt sjadreng viêr zi-jn auwers
sjadreng (L360p Bree),
chagrijnig:
sjagri-jnig (L360p Bree),
mistroostig:
Syn. mismodig hèè kèèk al ève mismodig noa al det mistriêstig gedoons
mistriêstig (L360p Bree)
|
chagrijn, bitter verdriet || een knagend, afgunstig en mismoedig makend verdriet [chagrijn, chagrijnigheid] [N 85 (1981)] || mistroostig
III-1-4
|
20913 |
champignon |
champignon:
sjabbeljòng (L360p Bree, ...
L360p Bree),
Bree Wb.
sjampinjon (L360p Bree),
Sjabbeljòngkes kan men inne sop doon of in de saus
sjabbeljòng (L360p Bree)
|
champignon || Champignon: een eetbare witte paddestoel met aanvankelijk rozige, later donkere, purperbruine plaatjes en sporen, het is de meest gekweekte paddestoel (kampernoelje, kampernoelie, duivelsbrood, pampernoelie, dolhondenbrood, champignon). [N 92 (1982)] || kampernoelie
III-2-3, III-4-3
|
19943 |
chrysant |
chrysant:
Bree Wb.
krizant (L360p Bree)
|
Chrysant (chrysanthenum frutescens) (chrysant, sinte katherienebloem, winteraster, allerheiligenbloem).(Chrysanthenum indicum L.) [N 92 (1982)]
III-2-1
|
23439 |
ciborie |
ciborie (<lat.):
sibories (L360p Bree)
|
De heilige vaten, het liturgisch vaatwerk [kelken, cibories, monstrans]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
20545 |
cichorei |
cichorei:
sikorei (L360p Bree),
Men hoort ook wel sòkkerei Fr. chicorèe
sikorei (L360p Bree),
sokkerij:
sòkkeri-j (L360p Bree),
suikerij:
sòkkeri-j (L360p Bree)
|
cichorei; Hoe noemt U: Surrogaat of smaakverbeterend middel voor koffie gemaakt van de wortel van een bepaalde plant die gemalen en geroosterd wordt (cichorei, cikorei, suikerij, suikeraai, sekraai, bitter, Gemertse koffie) [N 80 (1980)] || suikerij || surrogaat voor de koffie
I-7, III-2-3
|
25000 |
cirkel, kring |
cirkel:
sirkel (L360p Bree),
ring:
ringk (L360p Bree)
|
de gesloten kromme lijn in een plat vak waarvan de punten alle op eenzelfde afstand liggen van één punt; het ingesloten vlak [kring, ring, cirkel] [N 91 (1982)] || een cirkelvormig voorwerp [ring, kring] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
33476 |
cirkelvormig raam |
rond raam:
rōnǝ rām (L360p Bree),
rond raampje:
rōnt rē̜ ̞mkǝ (L360p Bree)
|
Een raam in de vorm van een cirkel, meestal aan de stallen. Vanwege de ronde vorm kunnen de benamingen gelijk zijn aan die voor (onbeglaasde) ventilatie-openingen in de muur of in het dak (zie het lemma "rond gat boven in de schuurgevel", 4.2.11). De meeste benamingen betreffen de vorm, sommige ook de functie (belichting en beluchting). [N 4, 52; N 4A, 38b]
I-6
|
33518 |
citroenmelisse |
citroenmelisse:
Bree Wb.
setrûnmelisse (L360p Bree)
|
Citroenmelisse (melissa officinalis de sterk naar citroen geurende blaadjes van deze plan gebruikt men in soepen, sausen en bij de inmaak van diverse artikelen, o.a. haring en paling (citroenkruid, averiet, averoen, melisse). [N 82 (1981)]
I-7
|