| 32843 |
evenaar, tweespanszwenghout |
groot warselen:
grō ̝ǝt [warselen] (Q035p Brunssum)
|
De balans of het dubbele zwenghout is het dwarse verbindingsstuk tussen een (zwaar) akkerwerktuig en de beide zwenghouten van een tweespan. Zie afb. 99. Bij de betrokken woordtypen hieronder is in (d)wars e.d. steeds de a als klinker aangehouden, ook al beantwoordt aan de dialectvarianten meestal een type met e (dwerg e.d.) of ee (dweers e.d.). Voor het ''...''-gedeelte van sommige varianten zij verwezen naar het lemma ''zwenghout''. De daar onderscheiden typen eegdhaam, eeghaam, eghaam en hun varianten zijn in dit lemma door ''eghaam'' resp. ''eghaam'' gesubstitueerd. [JG 1b + 1c + 1d + 2c; N 11, 34b; N 11A, 104; N 13, 87 add.; N 17, 69b add.; div.; monogr.]
I-2
|
| 22485 |
fakkeloptocht |
fakkeloptocht:
fakkeloptoch (Q035p Brunssum)
|
Met fakkels lopen op de eerste zondag van de vasten. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
| 20172 |
familie |
familie:
famieljn va ee (Q035p Brunssum)
|
het geheel van bloedverwanten van dezelfde naam [familie, volk, parentatie, vriend] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
| 22664 |
fanfare |
fanfare:
fanfaar (Q035p Brunssum)
|
Een muziekkorps dat bestaat uit koperen blaasinstrumenten en slagwerk [fanfare, fanfaar, muziek]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
| 24144 |
fazant |
fazant:
fəzant (Q035p Brunssum),
fazanthoen:
fazant(hòòn) (Q035p Brunssum)
|
fazant (83 bekende jachtvogel; hen bruin en kleiner dan de kleurige haan [N 09 (1961)]
III-4-1
|
| 22431 |
feest |
feest:
fees (Q035p Brunssum),
kermis?:
kirmes (Q035p Brunssum)
|
De bijeenkomst en samenzijn ter viering van een heuglijk feit of een gedenkdag [feest, kermis, begankenis]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
| 22432 |
feesten |
feesten:
feeste (Q035p Brunssum)
|
Een feest vieren [feesten, vieren, kermissen, fêteren]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
| 22933 |
feesten add. |
busseren:
bösjere (Q035p Brunssum)
|
Uitbundig feestvieren.
III-3-2
|
| 21138 |
fietsen |
fietsen:
fietsn (Q035p Brunssum)
|
op een fiets rijden [fietsen, wieleren] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 33688 |
fijn droog stof |
mul zand:
mølǝ zanjtj (Q035p Brunssum)
|
Fijn droog stof op landwegen. [N 27, 37c]
I-8
|