18216 |
korte laars |
stevel:
stievel (Q035p Brunssum)
|
laars met een korte schacht die tot aan de kuit reikt [N 24 (1964)]
III-1-3
|
18600 |
korte onderbroek? |
korte onderbroek:
korte ongerbrook (Q035p Brunssum, ...
Q035p Brunssum)
|
Korte onderbroek voor mannen. [DC 62 (1987)] || onderbroek, korte ~ [N 25 (1964)]
III-1-3
|
18562 |
korte overjas |
jekker:
jekker (Q035p Brunssum),
joppe (du.):
joep (Q035p Brunssum),
jopper (<du.):
[of joepper?, rk] Van Dale: jopper, halflange, waterdichte duffelse jas met ritssluiting (en hoge kraag).
joeppes (Q035p Brunssum)
|
overjas, korte ~ [jekker, joep, stoep, baadje] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
21132 |
korter maken |
rechtdoor (bw.):
ps. niet goed leesbaar; een u of een n op het eind?!
rechtur ? (Q035p Brunssum)
|
een af te leggen afstand korter maken door een rechtere weg te nemen (richten) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
34520 |
kortwieken |
kortwieken:
kortwīkǝ (Q035p Brunssum)
|
Men kort de vleugels van een kip, opdat ze niet kan wegvliegen. Een object ''kip'' of ''vleugels'' is niet gedocumenteerd. [N 19, 53; S 19; L 28, 35; L 1a-m; monogr.]
I-12
|
34078 |
kossem |
kossem:
kǫsǝm (Q035p Brunssum)
|
Huidplooi of kwab onder de hals van een rund. [N 3A, 107]
I-11
|
21876 |
kostbaar |
duur:
duur (Q035p Brunssum)
|
veel geld waard (zijn) [durabel, kostelijk, kostbaar] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
23274 |
koster |
koster:
kəstər (Q035p Brunssum)
|
koster [RND]
III-3-3
|
21339 |
kostganger |
kostganger:
kosgenger (Q035p Brunssum)
|
kostganger [SGV (1914)]
III-3-1
|
21550 |
kostschool |
kostschool:
kosshoŏl (Q035p Brunssum)
|
een school waar de leerlingen tevens voeding en huisvesting ontvangen [kostschool, pensionaat, interntaat] [N 90 (1982)]
III-3-1
|