e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Brunssum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gereedschapswerkplaats gereedschapwerkplaats: gǝrētšapwerkplātš (Brunssum  [(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]   [Emma]) Bovengrondse werkplaats waar gereedschap wordt hersteld. [N 95, 728] II-5
geren geren: gē̜rǝ (Brunssum) Stof schuin laten uitlopen of spits uitlopende stroken aanbrengen om het kledingstuk ruimer te maken. [N 59, 187; N 62, 11b; N 62, 11a; S 10] II-7
gering aantal, een paar paar: paar (Brunssum) een gering aantal [paar] [N 91 (1982)] III-4-4
geronnen melk zure melk: zur melk (Brunssum) Melk die door het lange staan dik en zuur is geworden. [L 2, 7; A 7, 15; monogr.] I-11
gerookt spek gerookt spek: gereukt spek (Brunssum) spek dat gerookt is [DC 48 (1973)] III-2-3
gerst gerst: gē̜ǝš (Brunssum) Hordeum L. De gerstteelt was in Belgisch Limburg betrekkelijk zeldzaam. Bij zomergerst wordt aangetekend: vooral bestemd voor de brouwerij; bij wintergerst: vooral bestemd als veevoer. Volgorde varianten van gerst: 1. met "rst" in de auslautgroep; 2. met "st"; 3. met "rs"; en 4: met alleen "s" in de auslautgroep; zie de eerste klankkaart [kaart 6]; in de tweede klankkaart [kaart 7] is de geografische verspreiding van het vocalisme weergegeven. Zie afbeelding 1, d. [JG 1a, 1b; L A1, 127; L 1 a-m; L 24, 6a; L lijst graangewassen, 2; R 3, 24; S 10; Wi 53; monogr.] I-4
geruite jurk ruitenkleed: ruutekleed (Brunssum), ruitjeskleed: ruutjeskleed (Brunssum) jurk van geruite stof [ruutekeskleid] [N 24 (1964)] III-1-3
geschenk gave: goaf (Brunssum) dat wat je kado geeft [gave, geschenk, gift, present, zende, kado] [N 89 (1982)] III-3-1
geslacht familie: famieljn (Brunssum) de gezamenlijke afstammelingen van een gemeenschappelijke stamvader, geslacht [natie, familie] [N 87 (1981)] III-2-2
gesneden mannelijk varken berg: bɛrx (Brunssum) Het WNT (II, 1 blz. 1872 s.v. berg (II)) geeft de volgende definitie van berg: "Hetzelfde als Barg (I), inzonderheid toegepast op de mannelijke biggen die, ongeveer drie weken oud, zijn gesneden". [N 19, 8; A 4, 4b; A 4, 4a; L 20, 4b; L 37, 49e; JG 1a, 1b, 2c; S 39; N C, add.; monogr.; N E 1, 12] I-12