e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Brunssum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rasp rasp: rasp (Brunssum, ... ) rasp [SGV (1914)] || rasp (rief, raspel, raps) [N 20 (zj)] III-2-1
raspen raspen: raspe (Brunssum), rijven: rieven (Brunssum, ... ) raspen (w.w.) [SGV (1914)] || raspen; Hoe noemt U: Met een rasp fijn maken (raspelen, raspen, rieven) [N 80 (1980)] III-2-1, III-2-3
rat rat: rat (Brunssum) rat [SGV (1914)] III-4-2
rauw rauw: rouwe (Brunssum) rauw; Hoe noemt U: Rauw, niet gekookt (groen, rauw) [N 80 (1980)] III-2-3
ravotten rulsen: rulse (Brunssum), rulsen (Brunssum), wulsen: Ook: rulse.  wulse (Brunssum) Stoeien. || Voor de grap met elkaar worstelen, ravotten, gezegd van kinderen [riepen, riepzakken, raggen, balkuinen, stoeien]. [N 88 (1982)] III-3-2
razen en tieren door het dak uitgaan: dōēr ət dààk ōēt⁄gaon (Brunssum), razen: rōāzu (Brunssum) luidruchtig uiting geven aan woede [razen, tieren, tekeergaan, tobben] [N 85 (1981)] III-1-4
razend van woede dol: dŭl (Brunssum), giftig: gĭĕf⁄tich (Brunssum) razend van woede, zeer woedend [dol, dul] [N 85 (1981)] III-1-4
recht vooruitstoten met de armen stoten: sjtoote (Brunssum) stoten: met de armen recht vooruit stoten [stuike] [N 10 (1961)] III-1-2
rechtbank gerecht: ’t gerich(t) (Brunssum) rechtbank [SGV (1914)] III-3-1
rechtop rechtop: rech op (Brunssum) rechtopstaand, recht omhoog staand [fiks] [N 91 (1982)] III-4-4