e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Castenray

Overzicht

Gevonden: 1539
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bijkeuken, achterkeuken achterkeuken: echterkeuke (Castenray), goot: goot (Castenray, ... ), stort: stort (Castenray, ... ) achterkeuken || bijkeuken || soort achterkeuken III-2-1
bijknippen v bloemen bijtoppen: beejtöppe (Castenray) bijknippen v bloemen III-2-1
binnenplaats plaats: Zet die toffel már òp ur pláts òp de pláts As de slechter òp de pláts stöt, is \'t te laat um \'t vaerke te maeste: wanneer het voorval te gebeuren staat, is het te laat om (nog) maatregelen te nemen  pláts (Castenray) binnenplaats III-2-1
bladrozet van de paardebloem plat: konijnevoer  platte (Castenray) paardebloemblad III-4-3
bladvorm nnervig: ieënnaerveg (Castenray) hoofdnerf ve blad III-4-3
blaker blaker: blaoker (Castenray, ... ) blaker || kaarshouder III-2-1
blaren blaren: blø̜̄rǝ (Castenray) Het verschijnsel waarbij een verflaag plaatselijk van de ondergrond loslaat en er zwellingen ontstaan. Het blaren kan verschillende oorzaken hebben. De voornaamste zijn: vocht in het geschilderde materiaal en slechte hechting van de verflaag aan het materiaal. [L 32, 78; monogr.] II-9
blauwe bosbes moelbeer: moelbaer (Castenray) bosbes, blauwe — III-4-3
blauwe vleesvlieg, bromvlieg aasvlieg: aosvliēg (Castenray), madenschijter: maajeschieter (Castenray) vleesvlieg || vleesvlieg, dikke bromvlieg III-4-2
blij blij: bliej (Castenray) blij III-1-4