e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ch?vremont

Overzicht

Gevonden: 2160
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kapmantel kapoel: [sic]  kapool (Chèvremont) kapmantel, grote zwarte ~, zeer ruime aan de hals gerimpelde cape die tot de voeten reikt en voorzien is van een grote muts [mantielie] [N 25 (1964)] III-1-3
kapschoen kapschoen: kapšǫŋ (Chevremont  [(Julia)]   [Willem-Sophia]) Los metalen verbindingselement tussen kap en stijl bij jukondersteuningen. Wat betreft het woordtype "Drescherkistje", deze term werd volgens een invuller uit Q 121 gebruikt voor een stuk ijzeren I-balk met breed profiel dat diende als verbinding tussen stijl en kap bij ijzeren betimmeringen. Het dankte zijn naam aan de uitvinder, de mijnwerker Drescher. Een respondent uit Q 121c voegt daar nog aan toe dat het een patent was van de Domaniale mijnmaatschappij. [N 95, 350; monogr.] II-5
kapstok klederstaander: kleͅi̯ərštɛndər (Chèvremont) staande kapstok III-2-1
kapucijner kapucijners: kapetsien’ger (Chèvremont) kapucijner, boon I-7
kar kar: kār (Chevremont) Algemene benaming voor een voertuig met twee wielen (in Haspengouw mogelijk ook drie wielen, maar die zijn zeldzaam) met een lamoen waarin een paard gespannen wordt. Meestal wordt het gebruikt om lasten van enige omvang te vervoeren. Vroeger had de kar over het algemeen houten wielen, maar in de jaren na de tweede wereldoorlog werden die geleidelijk aan vervangen door wielen met luchtbanden. [N 17, add; A 2, 55; Wi 14; Gi, 15; S 17; L 1a-m; L 27, 28; R 12, 23; RND, 74; JG 1b; N 17, 4; monogr.] I-13
karakter (aard) aard: aad (Chèvremont), wezen: weë’ze (Chèvremont) aard || aard, wezen III-1-4
karpet, vloerkleed teppich (du.): tɛpix (Chèvremont) vloerkleed, tapijt III-2-1
karspoor karrenspoor: kārǝšpōr (Chevremont) Bij een onverharde weg, de twee evenwijdig lopende uithollingen in het wegdek, veroorzaakt door de wielen van de kar. [JG, 1a; monogr.] II-12
kassier kassier: kasiǝr (Chevremont  [(Julia)]   [Domaniale]) Ambtenaar die het loon uitbetaalde. Volgens de informant van Q 15 waren drie à vier beambten van de loonadministratie bezig de mijnwerkers in groepen uit te betalen. [N 95, 981] II-5
kast kast: kas (Chèvremont), schap: šā.f (Chèvremont), schrank (d.): šraŋk (Chèvremont) kast III-2-1