22586 |
bromtol |
muziekdop:
məzi:kdoͅp (Q071p Diepenbeek),
məzi:kdup (Q071p Diepenbeek),
Syn. roenkdop.
meziekdop (Q071p Diepenbeek),
ronkdop:
Syn. meziekdop.
roenkdop (Q071p Diepenbeek)
|
Hoe noemt (noemde) men de tol, die bij het ronddraaien een brommend geluid maakt, als deze van blik en bontgekleurd is? [Lk 03 (1953)] || Muziektol.
III-3-2
|
24948 |
bron |
bron:
bron (Q071p Diepenbeek),
brǫn (Q071p Diepenbeek)
|
Natuurlijke opening in de grond waar water uit opwelt. [S 5; L 1a-m; L 22, 26; N 5A(I]
I-8
|
34342 |
bronstig |
breustig:
brø̄.stex (Q071p Diepenbeek),
brø̄stex (Q071p Diepenbeek)
|
Geslachtsdrift vertonend, gezegd van het vrouwelijk varken. [N 19, 12; N C, 4d; A 43, 20a; JG 1a, 1b, 1c, 2c; S 52, add.; N 76, add.; monogr.]
I-12
|
33864 |
bronstig, van merries |
heet:
hē.t (Q071p Diepenbeek),
hits:
hets (Q071p Diepenbeek)
|
Geslachtsdrift vertonend, gezegd van merries. Een hengstige merrie reageert op de aanwezigheid van de hengst met het optillen van de staart. Ze neemt herhaaldelijk een urirende houding aan, waarbij kleine hoeveelheden urine worden geloosd, terwijl de clitorisch ritmisch naar buiten wordt geperst. Bij de afwezigheid van de hengst zijn deze symptomen minder duidelijk of soms geheel afwezig. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; N 8, 42a en 44; N 8A, 2; monogr.]
I-9
|
20769 |
brood |
brood:
broet (Q071p Diepenbeek),
brŏĕwt (Q071p Diepenbeek),
brut (Q071p Diepenbeek)
|
(brood) hij doopt zijn brood in zijn koffie [ZND 23 (1937)] || brood [RND] || brood dat niet opgegaan is (brood) [ZND 33 (1940)]
III-2-3
|
19531 |
broodmes |
broodmes:
brutmēͅəs (Q071p Diepenbeek)
|
mes waarmee brood wordt gesneden [N 20 (zj)]
III-2-1
|
25500 |
broodoven |
oven:
hō.vǝn (Q071p Diepenbeek),
hōvǝn (Q071p Diepenbeek)
|
De diverse vragen vroegen in het algemeen naar "de oven" en niet specifiek naar "de broodoven" afgezien van N 29, 1a. Het merendeel van de antwoorden slaat op de oven aan huis of op de boerderij. Meer specifieke ovens zullen in de bakkerij gebouwd zijn. De königswinteroven is een oven gemaakt van grote blokken steen afkomstig uit königswinter. De vloer bestaat uit twee grote blokken. Deze oven is voorzien van drie kanalen (pijpen) die boven het gewelf zijn aangebracht. Kanalen voeren de rook van achter de oven boven over het gewelf naar voren waardoor de trek van het vuur veel beter regelbaar wordt gemaakt (z. wbd ii afl. 1 blz. 62). [N 29, 1a; N 5, 135; RND, 57; S 27; Wi4; L 12, 8; L 40, 13b; L 40, 14; L A 2, 277; monogr.]
II-1
|
20706 |
broodpop |
mikman:
mikman (Q071p Diepenbeek)
|
suikerbrood
III-2-3
|
24983 |
bros, breekbaar |
sprok:
sprok (Q071p Diepenbeek)
|
hard aanvoelend en toch gemakkelijk breekbaar [bros, sprok, ras, broos] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
25657 |
brouwen |
brouwen:
brouwen (Q071p Diepenbeek),
broǝn (Q071p Diepenbeek),
brǭǝn (Q071p Diepenbeek)
|
Bier bereiden. Quicke (pag. 72) geeft de volgende omschrijving: "Van bier, het mout beslaan, het wort klaren, hoppen en koken; bier vervaardigen. [S 5; L 1a-m; L 22, 27a; monogr.]
II-2
|