e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Doenrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hoest hoest: houst (Doenrade) hoest [SGV (1914)] III-1-2
hogen hoger inzetten: hoger inzèttə (Doenrade), opbieden: opbeijə (Doenrade) de eerder geboden som verhogen op een veiling [hogen, een hoog zetten] [N 89 (1982)] || het bedrag waarmee men het bod verhoogt (door bijv. als verkoper mee te bieden) op een veiling [hoog] [N 89 (1982)] III-3-1
hok om te paren kweekhok: Opm. v.d. invuller: meestal met "un ren draa"(= een volière) er bij/voor.  u kweekhok (Doenrade) een hok speciaal om er te paren en te broeden? [N 93 (1983)] III-3-2
hok voor de beer stal: štal (Doenrade) Soms gebruikt men, in aansluiting bij de benamingen voor het hok van de zeug, ook specifieke benamingen voor de hokken van de beer, de mestvarkens en de biggen. Deze laatste staan in de drie volgende lemma''s bijeen. [N 76, 41e] I-6
hokjes waarin een duivenmand verdeeld is vakken: vak (Doenrade) Hoe heet verder in Uw dialect: hokjes waarin de duivenmand verdeeld is? [N 93 (1983)] III-3-2
hoklijst hoklijst: hoklies (Doenrade), un hoklies (Doenrade) Hoe heet verder in Uw dialect: hoklijst, lijst waarop alle duiven moeten worden ingeschreven? [N 93 (1983)] III-3-2
holle ring aan de buitenzijde van de naaf hol profiel: hǫl pǝrvīl (Doenrade) De groef aan de buitenzijde van de naaf. Zie voor het woordtype verkeerde duivenjager, dat werd opgegeven door de respondent uit Eygelshoven (Q 119) ook het lemma ɛkwart-holvormig profielɛ in de paragraaf over de vaktaal van de meubelmaker.' [N G, 43a, 1] II-12
hommel hommel: hoēēmel (Doenrade), hooemel (Doenrade), ideosyncr.  hommel (Doenrade), WLD  hommel (Doenrade) Hoe noemt u een soort bij: groot, breed gebouwd en meestal kleurig behaard (bruinrood of geel) (hommel) [N 83 (1981)] || hommel [SGV (1914)] III-4-2
homp brood klomp: kloomp (Doenrade), stuk: sjtök (Doenrade) homp; Hoe noemt U: Een dik stuk brood (homp, fomp, facht, hoft, knods, knoft, kreeuw) [N 80 (1980)] III-2-3
hond hond: hondj (Doenrade) hond [SGV (1914)] III-2-1