e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eigenbilzen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
trommelzucht opgelopen (volt. deelw.): ǫpgǝlōpǝn (Eigenbilzen) Een sterke gasophoping in de pens bij koeien vooral veroorzaakt dor het eten van nat of bedauwd gras en klaver. Deze trommelzucht belet, door druk op de longen, de ademhaling en leidt tot hevige benauwdheid die de dieren kan doen stikken (Berns 1983, blz. 129). Zie ook het lemma ''trommelzucht'', ''meteorisme'' in wbd I.3, blz. 468-471. [N 3A, 90; L 23, 1c; A 48A, 6; N C add.; monogr.] I-11
trompet trompet: trompet (Eigenbilzen, ... ) het koperen blaasinstrument met een schetterende, doordringende toon [trompet, toet] [N 112 (2006)] || Het koperen blaasinstrument met een schetterende, doordringende toon [trompet, toet]. [N 90 (1982)] III-3-2
troosten; troost troosten: treesten (Eigenbilzen) het schenken van bemoediging en verzachting bij smart, of droefheid [troost, konsolatie] [N 85 (1981)] III-1-4
tros vruchten koppel: kubbel (Eigenbilzen), kubbəl (Eigenbilzen) Een tros van twee of meer vruchten (resel, rist, tros, klis, trobbel, trossel, troppel, ritsel, bak, trochel). [N 82 (1981)] || tros [ZND 32 (1939)] I-7
trots groots: gruts (Eigenbilzen) groots [ZND 24 (1937)] III-1-4
trouwboekje trouwboekje: het trouwbikske (Eigenbilzen) het trouwboekje [trouwbusj-je] [N 96D (1989)] III-2-2
trouwen trouwen: trouwe (Eigenbilzen, ... ), trouwe(n) (Eigenbilzen), trouwen (Eigenbilzen) door het huwelijk verenigd worden; trouwen [sjanken, sanksen, berinnen, trouwen] [N 115 (2003)], [N 87 (1981)] || Trouwen, mensen in de echt verbinden [trouwe]. [N 96D (1989)] III-2-2, III-3-3
trouwkostuum bruidegom bruidskostuum: het broodskestim (Eigenbilzen), trouwkostuum: trouwkestim (Eigenbilzen) het bruidspak van de man [broedsantsoch, broeds-mantoer] [N 96D (1989)] III-2-2
trouwpak trouwkostuum: trouwkəstym (Eigenbilzen) trouwkostuum [t trouwdinge, trouwpak] [N 23 (1964)] III-1-3
trouwring trouwring: den trouwrink (Eigenbilzen), trouwring (Eigenbilzen, ... ) een trouwring [N 96D (1989)] || het trouwboekje [trouwbusj-je] [N 96D (1989)] III-2-2