e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eigenbilzen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verbrande olie verbrande olie: vǝrbrandǝ wølǝ (Eigenbilzen) Verbrande olie werd volgens de informant uit Q 86 gebruikt om de hoeven van paarden mee in te smeren. [N 33, 307] II-11
verbruien begaden: (lange o van pot).  begooien (Eigenbilzen), mislukken: mislèkken (Eigenbilzen), verknoeien: verknoeien (Eigenbilzen) door onoordeelkundige handeling of aanpak bederven [verpeuteren, verbruien, verknoeien] [N 85 (1981)] || er niet in slagen iets tot een goed einde te brengen, geen succes hebben [slip slaan] [N 85 (1981)] || zwaar in de fout gaan bij een handeling door hem niet of slecht uit te voeren [begaaien] [N 85 (1981)] III-1-4
verdacht rondlopen sluipen: sluipen (Eigenbilzen) Rondzwerven met kwaad in zin (sluipen, schuimen, schuupen) [N 108 (2001)] III-1-2
verdenking verdenking: verdinking (Eigenbilzen) het vermoeden dat iemand iets verkeerds gedaan heeft [verdenking, persons, perzonsie] [N 85 (1981)] III-3-1
verdieping statie: [Ned. Statie]  stoase (Eigenbilzen) De verzamelnaam voor een horizontale laag in een huis tussen twee vloeren (verdieping, verdiep, stagie) [N 79 (1979)] III-2-1
verdord verdord: verdord (Eigenbilzen) Uitgedroogd, dood, gezegd van planten en plantendelen (dor, verpieterd). [N 82 (1981)] III-4-3
verdriet; verdriet doen pijn: pijn (Eigenbilzen) een treurige stemming, zieleleed, kwelling van het gemoed, verdriet [trubbel, spijt, pijn, lijden, deer, vliem] [N 85 (1981)] III-1-4
verdwenen vort: vurt (Eigenbilzen, ... ), vurt zien (Eigenbilzen) Weg, verdwenen: niet meer ter plaatse aanwezig (weg, verdwenen, rits, foetsie). [N 84 (1981)] || Weg, verdwenen: niet meer ter plaatse aanwezig zijn (weg, verdwenen, rits(e), foetsie, voert, voet) [N 108 (2001)] III-1-2
vereniging die de processiepaaltjes plaatst processieploeg: persesseplug (Eigenbilzen) De vereniging of groep die de dag voor de processie de paaltjes (met de processievaantjes) en de rustaltaren plaatst. [N 96C (1989)] III-3-3
verflaag laag verf: lǭx ˲vɛrǝf (Eigenbilzen) Zie kaart. Uitgestreken hoeveelheid verf. [N 67, 77a; L 29, 28b; monogr.] II-9