e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eigenbilzen

Overzicht

Gevonden: 4312
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
evenaar, tweespanszwenghout warsel: wi̯āsǝl (Eigenbilzen), warselen: wi̯asǝlǝ (Eigenbilzen), warshout: wi̯ashǭt (Eigenbilzen) De balans of het dubbele zwenghout is het dwarse verbindingsstuk tussen een (zwaar) akkerwerktuig en de beide zwenghouten van een tweespan. Zie afb. 99. Bij de betrokken woordtypen hieronder is in (d)wars e.d. steeds de a als klinker aangehouden, ook al beantwoordt aan de dialectvarianten meestal een type met e (dwerg e.d.) of ee (dweers e.d.). Voor het ''...''-gedeelte van sommige varianten zij verwezen naar het lemma ''zwenghout''. De daar onderscheiden typen eegdhaam, eeghaam, eghaam en hun varianten zijn in dit lemma door ''eghaam'' resp. ''eghaam'' gesubstitueerd. [JG 1b + 1c + 1d + 2c; N 11, 34b; N 11A, 104; N 13, 87 add.; N 17, 69b add.; div.; monogr.] I-2
fakkel fakkel: fakkel (Eigenbilzen) In een licht ontvlambare stof gedrenkt stuk hout als verlichtingsmiddel (fakkel, toorts, askel, lont) [N 79 (1979)] III-2-1
fakkeloptocht fakkeltocht: Geen t.  fakkeltoch (Eigenbilzen), lichtstoet: lichstoet (Eigenbilzen) een optocht s avonds of s nachts waarbij fakkels meegedragen worden [N 112 (2006)] III-3-2
familie familie: de heel femiele (Eigenbilzen), familie (Eigenbilzen), femilie (Eigenbilzen) het geheel van bloedverwanten van dezelfde naam [familie, volk, parentatie, vriend] [N 115 (2003)], [N 87 (1981)] III-2-2
fanfare fanfare: fanfare (Eigenbilzen, ... ), (Recht door zee.)  de fanfare (Eigenbilzen), Sub vlùlmer: De fanfare van de proemelêre van vlùlmer kwùmme hij spjùlle in de wei.  fanfare (Eigenbilzen), muziek: Sub tenu (pak): Ze habbe shoon nouw tenus bij t mziek gekrègge.  m`ziek (Eigenbilzen) een muziekkorps dat bestaat uit koperen blaasinstrumenten en slagwerk [fanfare, fanfaar, muziek] [N 112 (2006)] || Een muziekkorps dat bestaat uit koperen blaasinstrumenten en slagwerk [fanfare, fanfaar, muziek]. [N 90 (1982)] || Fanfare. III-3-2
fatsoenlijk fatsoenlijk: Ds ənə fatsoenlijke mins (Eigenbilzen) Dat is een fatsoenlijk mens. [ZND 35 (1941)] III-1-4
fazant fazant: fəzant (Eigenbilzen) fazant (83 bekende jachtvogel; hen bruin en kleiner dan de kleurige haan [N 09 (1961)] III-4-1
feest feest: fees (Eigenbilzen), feest (Eigenbilzen), Sub kèrmisges (kermisgasten): Vrigger mèt de kèrms haoë vr alteed vèèl kèrmisges, dan wjodde nog fees gehage. Vroger waren eer altijd veel kermisgasten, dan werd er feest gehouden.  fees (Eigenbilzen) De bijeenkomst en samenzijn ter viering van een heuglijk feit of een gedenkdag [feest, kermis, begankenis]. [N 88 (1982)] || Feest. || Het schoonste feest (lidwoord!). [ZND 35 (1941)] III-3-2
feestdag van een heilige (de) heilige ...: tes heie den heilige (Eigenbilzen), sint: sint (Eigenbilzen) De naamdag van een heilige. [N 96C (1989)] III-3-3
feestdag van maria lieve-vrouwedag: livevrewwedoag (Eigenbilzen), onze-lieve-vrouwedag: slievenvrèwendaag (Eigenbilzen) Een feestdag van de H. Maagd Maria in het algemeen (Lievevrouwedag, Mariadag). [N 96C (1989)] III-3-3