e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eijsden

Overzicht

Gevonden: 2926
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
driekleurig viooltje pense (fr.): ideosyncr. viooltje  pensée (Eijsden) viooltje [N 82 (1981)] III-4-3
dries dries: drēs (Eijsden) In onder andere de vragen N 14, 55 en L 19b, 3a is gevraagd naar de betekenis van dries. De antwoorden verschillen nogal van elkaar. De ene informant zegt dat dries een ø̄niet omheinde weiø̄ is, volgens de andere is dries een ø̄omheind stuk weilandø̄. De een noemt dries ø̄droge hoge weideø̄, de ander een ø̄laag stuk weilandø̄. Het kenmerk ø̄braakliggendø̄ scoort het hoogst. ø̄Met gras begroeidø̄ en ø̄onvruchtbareø̄ of ø̄minderwaardige grondø̄ zijn de daaropvolgende meest genoemde kenmerken. Op grond hiervan zou men dries als volgt kunnen defini√´ren: ø̄onvruchtbare, met gras begroeide grond die enige jaren braak ligt, voordat men ze bewerktø̄. Intussen kan men er wel schapen laten grazen. Van Dale (11de druk, blz. 661 s.v. dries) geeft als de eerste twee betekenissen ø̄braakliggende akkerø̄ en ø̄verarmd bouwland dat als (schapen)weide gebruikt wordtø̄. [N 14, 55; N 14, 52; N 14, 50a; N 14, 50b; N 6, 33b; L 19b, 3a; L 19b, 2aI; A 10, 4; Wi 15; RND 20; monogr.] I-8
driesteek drietip: dreitiep (Eijsden) steek, hoed waarvan de (gedeeltelijke opgeslagen) luifel drie hoeken vertoont (bijv. een bepaalde priesterhoed) [drieteut, drietip, drejtik, tööt] [N 25 (1964)] III-1-3
driftig driftig: drieftig (Eijsden) driftig [SGV (1914)] III-1-4
drijftol kokkerel: koekerel (Eijsden) drijftol [SGV (1914)] III-3-2
drinkbeker pot: bierpul  pot (Eijsden) drinkbeker, aarden of stenen ~; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
drinkglas glas: glaoës (Eijsden), glōͅəs (Eijsden), pint: piŋt (Eijsden) drinkglas [RND] || drinkglas zonder voet [N 20 (zj)] III-2-1
drinkglas met voet schopje: sjupke (Eijsden) drinkglas met een voet (kapper, kopper(tje)) [N 20 (zj)] III-2-1
droesem bezinksel: bezinksel (Eijsden) droesem [SGV (1914)] III-2-3
dronken zat: zoit (Eijsden) zat [SGV (1914)] III-2-3