e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eisden

Overzicht

Gevonden: 3771

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
(de kapsule) in de klok stoppen in de klok duwen: het buuske in de klok dujjen (Eisden), het pôêtje in de klok dujjen (Eisden) de ijzeren kapsule (met ring) in de klok stoppen? [N 93 (1983)] III-3-2
(eieren) leggen (eieren) leggen: lèggen (Eisden) Hoe heet verder: eieren leggen? [N 93 (1983)] III-3-2
(het) lossen lossen: de doeven lossen (Eisden) het lossen zelf? [N 93 (1983)] III-3-2
(ijzeren) kapsule buisje: het buuske (Eisden), potje: het pôêtje (Eisden) Hoe heet die kapsule? [N 93 (1983)] III-3-2
(melk) voederen voederen: vooren (Eisden) Hoe heet verder: het opgeven van die melk aan de jongen? [N 93 (1983)] III-3-2
-> [wld iii 2.2] - wld iii, 2.2 !: døͅypdekəntsə (Eisden), døͅypdeͅikətšə (Eisden), døͅypkletšə (Eisden), døͅypkleͅit (Eisden), døͅypmötskə (Eisden), døͅypmətskə (Eisden), nāvəlbeͅntšə (Eisden), pesdok (Eisden), pesdōk (Eisden), roͅuwmöts (Eisden), vwul (Eisden), wenjəl (Eisden), zeͅ`vərleͅpkə (Eisden), zeͅivərleͅpkə (Eisden) dekentje waaronder de dopeling naar de kerk wordt gedragen [N 25 (1964)] || doopjurkje [deumhemke] [N 25 (1964)] || doopmutsje [N 25 (1964)] || luier [winjel, luur, kindsdoek, psidoek, huik] [N 25 (1964)] || muts met poffer, minder kostbaar of minder uitgedost dan de grote witte muts, die bij rouwgelegenheden wordt gedragen [rouwpoffer] [N 25 (1964)] || navelbandje [nagelbendje] [N 25 (1964)] || rouwsluiter(s) aan een hoed [N 25 (1964)] || slabje, morsdoekje voor kinderen [slabbertje, slabberlepke, zeiverlepke, slepke, bavet(sje) [N 25 (1964)] III-1-3
<naam> kromme, een ~: de kromme (Eisden), saint-denis: de St.-Denis (Eisden), vechter: de vechter (Eisden), verkeerde, de ~: de verkeerde (Eisden), vierenzestig: de "64 (Eisden), {ja}: ja (Eisden, ... ), Opm. v.d. invuller: voortkomend uit anekdoten.  ja (Eisden), {nee}: nee (Eisden, ... ) Elke duif heeft bij de duivesporter in de regel een naam. Indien U hiervoor benamingen kent, die: afgeleid zijn van het ringnummer, geef hiervan dan een/enkele voorbeeld(en)? [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)] || Elke duif heeft bij de duivesporter in de regel een naam. Kent U hiervoor benamingen die: afgeleid zijn van het ringnummer: ja of nee? [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)] III-3-2
[baaienjas?] gestrikte jas met witte knopen: knuip = knäup  gestrikte jas met witte knuip (Eisden) een baaien jas met opgestikte figuren en gesloten met witte knopen [N 59 (1973)] III-1-3
[falie] falie: ZND35,010b: Bij oude vrouwpersonen.  falie (Eisden), sluier: šleijər (Eisden, ... ) falie (zwarte doek die de vrouwen vroeger droegen, nu nog hier en daar in gebruik bij begrafenissen) [ZND 35 (1941)] || sluierdoek, zwarte ~ die over hoofd en schouders wordt gedragen, gewoonlijk in de rouwtijd [vaol, voeël, falje, falie, slöjer, linao] [N 23 (1964)] III-1-3
[kazavek?] kazavek: gebreide pull met knopen  kažəveͅk (Eisden) kasjevék, in de betekenis van vrouwenmantel; betekenis/uitspraak [N 23 (1964)] III-1-3