e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q007p plaats=Eisden

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stinkende gouwe kattekruid: kattekroed (Eisden) schelkruid [ZND 06 (1924)] III-4-3
stoel stoel: stōl (Eisden), stoeltje: stø̄lkǝ (Eisden  [(Eisden)]   [Maurits]) Console waarop de draagrollen van een transportband zijn bevestigd. [N 95, 637; N 95, 641] || stoel [ZND 07 (1924)] II-5, III-2-1
stoelen op het priesterkoor koorstoelen: koeërsteul (Eisden, ... ) De stoelen op het priesterkoor [koeërsjteul?]. [N 96A (1989)] III-3-3
stoep luif: luif (Eisden) stoep [ZND 07 (1924)] III-3-1
stoep, trottoir luif: luif (Eisden) stoep [ZND 07 (1924)] III-2-1
stof stof: stof (Eisden), stōf (Eisden) Benamingen voor stof in het algemeen. [N 62, 71a; MW] || stof [ZND 07 (1924)] II-7, III-2-1
stofblik troffel: trôffel (Eisden) stofblik [ZND 21 (1936)] III-2-1
stofdoek stoflommel: stōflāu̯məl (Eisden) een stuk doek dat gebruikt wordt om meubels af te stoffen [ZND 34 (1940)] III-2-1
stoffen pantoffel slof: šloͅfə (Eisden) sloffen, stoffen pantoffels met slappe zool [N 24 (1964)] III-1-3
stofgrendel, stofbarriere stofplank: (mv)  stōfplɛŋk (Eisden  [(Eisden)]   [Zwartberg, Waterschei]) Een aantal omklapbare planken, bevestigd aan de kappen van de ondersteuning van een mijngang, waarop een hoeveelheid steenstof of mergelstof is aangebracht. In geval van een mijngas- of kolenstofontploffīng worden de steenstofgrendels door de luchtdruk omvergeworpen en het steenstof, dat dan naar beneden valt en opdwarrelt, vormt een stof gordijn waarin de steekvlam, die achter de luchtdruk aankomt, wordt verstikt. [N 95, 238; N 95, 239; monogr.] II-5