21980 |
rampvlucht |
rampvlucht:
rampvlôêcht (Q007p Eisden)
|
een vlucht waar er weinig van terugkomen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
18413 |
rand van een hoed |
luif:
løͅyf (Q007p Eisden, ...
Q007p Eisden,
Q007p Eisden)
|
luifel, overstekende rand van een hoed [N 25 (1964)] || rand van een hoed [N 25 (1964)]
III-1-3
|
27713 |
rangeerterrein |
vorming:
vø̜rmeŋ (Q007p Eisden
[(Eisden)]
[Zwartberg, Waterschei])
|
Plaats waar de kolentreinen worden samengevoegd of gesplitst. [N 95, 23]
II-5
|
33207 |
rapen |
rapen:
rā.pǝ (Q007p Eisden)
|
De aardappelen oprapen en in een mand bijeen doen, achter de rooiers of achter de rooiende ploeg aanlopend. [N 12, 21; JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 12, 18; A 23, 17d; Lu 1, 17d]
I-5
|
20529 |
rauw |
rauw:
rauw vleis (Q007p Eisden)
|
Rauw vlees. [ZND 41 (1943)]
III-2-3
|
22338 |
ravotten |
ravotten:
ravotte (Q007p Eisden)
|
Hoe zeg je: de jongens ravotten (luidruchtig, wild stoeien, spelen)? [ZND 41 (1943)]
III-3-2
|
22000 |
recht uit de richting van de losplaats aankomen |
recht uit het gat:
recht ŏĕt het gaat (Q007p Eisden)
|
Hoe zegt men: het aankomen van de duif: recht uit de richting van de losplaats? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
34093 |
rechterachterkwartier |
rechterachterscheut:
rɛxtǝraxtǝršø̄t (Q007p Eisden)
|
Het kwartier van de uier rechts achter. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116d]
I-11
|
34092 |
rechtervoorkwartier |
rechterkwab:
rɛxtǝrkwap (Q007p Eisden)
|
Het kwartier van de uier rechts voor. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116c]
I-11
|
18961 |
rechtvaardig |
rechtvaardig:
regveerdich (Q007p Eisden)
|
Rechtvaardig. [ZND 06 (1924)]
III-1-4
|