26668 |
rosmolen |
manège (fr.):
mǝnē.zi (Q007p Eisden)
|
De oudste machine die voor het dorsen werd gebruikt. Een paard leverde hier de drijfkracht. Algemeen wordt onder manège een constructie verstaan bestaande uit een vertikale as die door een horizontale boom, waar een paard is voorgespannen, in beweging wordt gebracht. Door middel van een kardan-koppeling wordt die draaiende beweging doorgegeven aan een horizontale as die door de wand van de schuur naar een machine werd geleid en deze aandrijfkracht leverde. In dit geval wordt door de rosmolen een trommel aangedreven waarin de halmen gedorst werden. Vergelijk ook het lemma ''rosmolen'' in de aflevering over de molenaarsterminologie, wld II,3, blz. 163.' [N 14, 7; JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
24066 |
rouw dragen |
rouw dragen:
rouw drage (Q007p Eisden)
|
Rouw dragen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
20421 |
rouwbrief |
doodsbrief:
doeëdsbreef (Q007p Eisden)
|
De rouwbrief. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24065 |
rouwkrans |
doodskrans:
doeëdskrans (Q007p Eisden)
|
De krans die op de kist wordt gelegd [krants]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
20425 |
rouwpoffer/rouwmuts |
rouwmuts:
roͅuwmöts (Q007p Eisden)
|
muts met poffer, minder kostbaar of minder uitgedost dan de grote witte muts, die bij rouwgelegenheden wordt gedragen [rouwpoffer] [N 25 (1964)]
III-2-2
|
20446 |
rouwsluier |
rouwvoile:
rouw-vwal (Q007p Eisden)
|
een rouwsluier, voile, falie [N 96D (1989)]
III-2-2
|
20447 |
rouwsluier aan een hoed |
voile:
vwul (Q007p Eisden)
|
rouwsluier(s) aan een hoed [N 25 (1964)]
III-2-2
|
28078 |
roven |
foudroyage maken:
fudriāš mākǝ (Q007p Eisden
[(Eisden)]
[Zwartberg, Waterschei])
|
De ondersteuningen wegnemen uit het ontkoolde pand. Met de term "snoeien" duidt men volgens de invullers uit Q 15 en Q 113 op respectievelijk de mijnen Maurits en de Emma het geheel of gedeeltelijk doorsteken van houten stijlen aan. [N 95, 568; N 95, 544; N 95, 571; N 95, 355; monogr.]
II-5
|
21330 |
royaal |
royaal (<fr.):
volop genieten: di-j luj leeve reejaal (die familie geniet volop)
reejaal (Q007p Eisden)
|
Royaal: uitspraak en betekenis (mild, onbekrompen, volop, enz.). [ZND 41 (1943)]
III-3-1
|
24524 |
rozenbottel |
patersknop:
patersknop (Q007p Eisden)
|
rozebottel [ZND 02 (1923)]
III-4-3
|