23364 |
mannenkant |
manskant:
manskaant (L353p Eksel, ...
L353p Eksel)
|
De linkerhelft van de kerk, het gedeelte links van het middenpad, dat bestemd was voor de mannen [evangeliekant, mannenkant, mansluikant, kerelskant?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
18673 |
mannenkleren |
mansmenskleren:
mansminsklier (L353p Eksel),
mansminskliér (L353p Eksel)
|
mannenkleren [t mansdinge] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18575 |
mannenondergoed |
onderlijfje en hemdrok:
Hemd met lange panden.
onderlijfke en himrok (L353p Eksel)
|
Mannenondergoed [N 114 (2002)]
III-1-3
|
18585 |
mannenonderhemd |
lijfje:
lijfke (L353p Eksel),
Hemdje.
lijfke (L353p Eksel)
|
Mannenondergoed [N 114 (2002)] || onderhemd voor mannen [N 25 (1964)]
III-1-3
|
18703 |
mantelpak |
mantelkostuumpje:
mantelkestuumke (L353p Eksel, ...
L353p Eksel)
|
mantelpak, uit jas en rok bestaand dameskostuum [N 23 (1964)]
III-1-3
|
20468 |
manziek |
brustig:
brustig (L353p Eksel),
heet:
hieët (L353p Eksel),
manszot:
Vgl. es ie me n boks oanhit.
manszot (L353p Eksel),
sloerie:
sloerie (L353p Eksel)
|
manziek [heet] [N 10C (zj)]
III-2-2
|
24601 |
maretak |
maretak:
verzamelfiche, ook mat. van ZND01, u 155 en van ZND15, 011
maretak (L353p Eksel),
vogellijm:
voogelliēm (L353p Eksel)
|
maretak [ZND 01 (1922)] || maretak {afb}, een op bomen woekerende plant waaran de stengel gaffelvormig vertakt is met lepelvormige altijd groene bladeren, de vrucht is witte, soms gele bes [N 37 (1971)]
III-4-3
|
23428 |
maria-altaar |
maria-altaar:
mareia-altoor (L353p Eksel),
maria-altoar (L353p Eksel)
|
Het (zij)altaar dat toegewijd is aan O.L. Vrouw en waarop of waarboven haar beeltenis prijkt [Maria-altaar]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23823 |
maria-boodschap |
lieve-vrouw-boodschap:
lieve vrouw boodschap (L353p Eksel)
|
25 maart, O.L. Vrouw Boodschap. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23240 |
maria-hemelvaart |
onze-lieve-vrouw-hemelvaart:
ös lievro hemelvaart (L353p Eksel)
|
15 augustus, Maria Hemelvaart [O.L. Vrouw Kruidwis, eerste Lievevrouw(endag), Hoge Lievevrouw, Vroege Lievevrouw, O.L. Vrouw kroedwien]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|