33513 |
sperziebonen |
breekbonen:
breekbaoənen (L353p Eksel)
|
De gewone boon met gezwollen zaden, prinsesseboon,sperzieboon, (slaboon, kereboon, herenboon, boterboon, prinses, suikerboon). [N 82 (1981)]
I-7
|
20535 |
spetteren |
springen:
springen (L353p Eksel)
|
sudderen; Hoe noemt U: Knetteren van de boter in de pan bij verhitting (snerken, sudderen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
26360 |
spie |
spie/spij:
spęi̯ (L353p Eksel)
|
De zeisring, die steel en blad verbindt, wordt vastgeslagen door middel van een spie, of door twee of meer spietjes. Doorgaans zijn ze van hout, omdat deze het beste vast blijven zitten; soms vindt men ook een ijzeren spie, vaak in combinatie met een houten. Zie ook de toelichting bij het lemma ''zeisring'', en afbeelding 4, nummer A4 en B4. [N 18, 67e; JG 1a, 1b, 2c; add. uit A 14, 2]
I-3
|
22401 |
spiertje trekken |
spiertje trekken:
spi.rkə trɛkə (L353p Eksel),
spierke trekken (L353p Eksel),
spierke trèkken (L353p Eksel),
stekje raden:
Zelfde als "spierke trèkken"[Spiertjes van verschillende lengten in de hand houden zodat alleen de vóórkant op gelijke hoogte zichtbaar is. De mededingers kiezen een willekeurig spiertje en diegene die het langste spiertje getroffen heeft wint en mag eerst kiezen].
stekske roajen (L353p Eksel),
stekje trekken:
stekske trekken (L353p Eksel),
stiepje trekken:
[Spiertjes van verschillende lengten in de hand houden zodat alleen de vóórkant op gelijke hoogte zichtbaar is. De mededingers kiezen een willekeurig spiertje en diegene die het langste spiertje getroffen heeft wint en mag eerst kiezen].
stiepke trèkken (L353p Eksel)
|
Idem. || loten met gras of lucifers (bijv. wie de langste trekt) [spiertje trekken, getuigen, tuigen] [N 112 (2006)] || Loten met gras of lucifers (bijv. wie de langste trekt) [spiertje trekken, getuigen, tuigen]. [N 88 (1982)] || Spiertjes van verschillende lengten in de hand houden zodat alleen de vóórkant op gelijke hoogte zichtbaar is. De mededingers kiezen een willekeurig spiertje en diegene die het langste spiertje getroffen heeft wint en mag eerst kiezen. || Stekje raden.
III-3-2
|
21373 |
spijbelen |
heggenschool:
heggeschool (L353p Eksel),
heggenschool doen:
heggeschool doen (L353p Eksel),
heggenschool houden:
hegəsxōl hēn (L353p Eksel)
|
Hoe noemt men het heimelijk, zonder medeweten van de ouders, wegblijven van school? [Lk 03 (1953)] || Spijbelen (de school ontlopen, achter de hagen schoolgaan). [ZND 07 (1924)] || spijbelen (in het geheim de school verzuimen) [ZND B1 (1940sq)]
III-3-1
|
18202 |
spijkerbroek |
jeansboks:
jeansboks (L353p Eksel),
texasboks:
texasbòks (L353p Eksel),
tèksesboks (L353p Eksel)
|
Spijkerbroek [spijkerbroek, -boks, jeansbroek, jeans] [N 114 (2002)]
III-1-3
|
31953 |
spijkeren |
nagelen:
nagelen (L353p Eksel)
|
Met een hamer spijkers in het hout slaan. [N 53, 152a-b; L 5, 7; monogr.]
II-12
|
18203 |
spijkerjas |
jeansjasje:
jeansjèske (L353p Eksel),
texasjasje:
teksesjeske (L353p Eksel)
|
Spijkerjasje [spijkerjas, jeansjas, jek] [N 114 (2002)]
III-1-3
|
18204 |
spijkerpak |
jeanskostuum:
jeanskostuum (L353p Eksel),
texaskostuum:
tèkseskestuum (L353p Eksel)
|
Spijkerpak [spijkerpak, jeanspak, spijkerkostuum, jeanskostuum] [N 114 (2002)]
III-1-3
|
24379 |
spin |
spin:
spen (L353p Eksel, ...
L353p Eksel),
Veldeke
spin (L353p Eksel),
spinnenkop:
Veldeke
spinnekop (L353p Eksel)
|
spin [RND], [ZND B2 (1940sq)] || spin [spinnekop, spinnenbijter, vrijer] [N 26 (1964)]
III-4-2
|