e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eksel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stuiven van droog zand of stof schraal weer: schroa’l weer (Eksel), stoffen: stoeffen (Eksel), stoffen (Eksel) beginnen te stuiven (er waait droog en fijn zand rond bij winderig weer] [stieven, smoren, mouwen, stobberen, stubbelen] [N 22 (1963)] || stuiven [ZND 07 (1924)] III-4-4
stuntelen niet avanceren: nie aveeren (Eksel) moeizaam met iets bezig zijn zonder veel te vorderen [haspelen, stuntelen, frotten] [N 85 (1981)] III-1-4
suiker suiker: soeker (Eksel) suiker [ZND 07 (1924)] III-2-3
suikerklontje kluitje: klutèke (Eksel) klontje; Hoe noemt U: Een blokje suiker (klontje) [N 80 (1980)] III-2-3
suikeroom suikernonk: sokkernonk (Eksel), sòkkernônk (Eksel) Een ongetrouwde oom, waar bijgevolg van geërfd zou kunnen worden (suikeroom, suikeren oom) [N 115 (2003)] III-2-2
suikertante suikertant: sokkertaant (Eksel), sòkkertânt (Eksel) Een ongetrouwde tante, waar bijgevolg van geërfd zou kunnen worden (suikertante, suikeren tante) [N 115 (2003)] III-2-2
suisse suisse (fr.): suisse (Eksel), swies (Eksel, ... ) De ordebewaarder in de kerk, de suisse [kerkgendarme, kèrksjanderm, tseijes?]. [N 96B (1989)] III-3-3
suizen van de oren ruisen: roezen (Eksel), tuiten: mèn oeëren toetten (Eksel) suizen van de oren [toewte, fluite] [N 10 (1961)] III-1-1
sukkelen aan de kwakkel zijn: anne kwakkel zien (Eksel), kwakkelen: kwakkelen (Eksel, ... ), op de sukkel zijn: oppe suggel zien (Eksel), sukkelen: suggelen (Eksel, ... ), suggelt (Eksel) Sukkelen: aanhoudend ziek of niet gezond zijn, ziekelijk zijn (kwijpelen, plaaieren, op de sukkelbaan zijn, in het sukkelstraatje zijn). [N 84 (1981)] || Sukkelen: aanhoudend ziek of niet gezond zijn, ziekelijk zijn (sukkelen, krenkelen, kwakkelen, op de sukkelbaan zijn). [N 107 (2001)] III-1-2
syfilis druiper: drupper (Eksel), drüpper (Eksel), geslachtsziekte: geslachtsziekte (Eksel), sief: ’t sief (Eksel) Syfilis: besmettelijke geslachtsziekte die gewoonlijk begint met een zweer op de geslachtsorganen; uiteindelijk kan elk orgaan aangetast worden (druiper, luizenziekte). [N 84 (1981)] || Syfilis: besmettelijke geslachtsziekte die gewoonlijk begint met een zweer op de geslachtsorganen; uiteindelijk kan elk orgaan aangetast worden (druiper, luizenziekte, syfilis). [N 107 (2001)] III-1-2