24274 |
waterral |
waterral:
watterral (L353p Eksel)
|
waterral
III-4-1
|
33093 |
waterring van de mijt |
ringlaag:
re.ŋkl√ôōx (L353p Eksel)
|
Waterring, waterlaag of kaplaag van de korenmijt. De laag schoven die het verst naar buiten steekt, juist waar de kap begint. Zie de toelichting bij het lemma ''buitenstaande korenmijt'' (5.1.18). Voor euze enz. vergelijk wnt XI, onder oozie, ooziedrup enz., "het gedeelte van het dak dat over den muur uitsteekt en het regenwater afwerpt", "afdak" dus. Zie afbeelding 8, a. [N 15, 45c; JG 1a, 1b, 2c; monogr.]
I-4
|
24275 |
watersnip |
snep:
snep (L353p Eksel),
watersnep:
wattersnep (L353p Eksel)
|
watersnip || watersnip (27 lange recht bek; vliegt plotseling op van de waterkant; zigzagvliegend; houdt hoge stijg- en daalvluchten en maakt daarbij mekkerend geluid; jachtvogel [N 09 (1961)]
III-4-1
|
24433 |
watertor |
watertor:
wattertor (L353p Eksel, ...
L353p Eksel),
woattertor (L353p Eksel),
wáttertor (L353p Eksel)
|
watertor: Hoe noemt u de grote zwarte tor die ónder het wateroppervlak leeft? [N100 (1997)]
III-4-2
|
18123 |
waterzucht |
dikke benen/voeten:
dikke bieën (L353p Eksel),
dikke voeten:
dikke vüt (L353p Eksel),
opgezwollen zijn:
opgezwolle ziên (L353p Eksel),
water:
vol wátter zitten (L353p Eksel),
longoedeem
wátter oppe longen (L353p Eksel)
|
Waterzucht: ziekelijke ophoping van vocht in het onderhuidse weefsel en in de lichaamsholten (zuch(t), het water, waterzuch(t), vocht). [N 107 (2001)]
III-1-2
|
21675 |
wbd: afzeggen |
tenietdoen:
te niet dôên (L353p Eksel)
|
ongedaan, De koop ~ maken [de koop ontdoen?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21683 |
wbd: in trek |
goed gaan:
goan goed (L353p Eksel)
|
Goed in de markt liggend, een goede prijs opbrengend [willig, b.v. de eieren zijn willig deze maand?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21679 |
wbd: kwaadgeld = kwaadgeld |
kwaad geld:
koogeld (L353p Eksel)
|
kwaadgeld: Als men vindt dat iemand teveel vraagt, zegt men: "hoeveel ...... is daarbij"[kwaad-geld?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21677 |
wbd: staartgeld / verschil |
staartgeld:
startgeld (L353p Eksel)
|
verschil: Vraagt men aanvankelijk teveel geld voor wat men wil verkopen, dan moet men tenslotte vaak genoegen nemen met minder dan men eerst kon krijgen; hoe noemt men in zulk geval het verschil tussen wat men eerst kon krijgen en wat men tenslotte werkel [N 21 (1963)]
III-3-1
|
20542 |
wecken |
inmaken:
inmaken (L353p Eksel)
|
wecken; Hoe noemt U: Steriliseren van levensmiddelen in luchtdicht afgesloten flessen (wecken, inmaken) [N 80 (1980)]
III-2-3
|