e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Elen

Overzicht

Gevonden: 1607

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
beurs, overrijp te rijp: te rīp (Elen) beurs [ZND 01 (1922)] III-2-3
bevruchten treden: trē̜i̯ǝn (Elen) Het bevruchten van de hen door de haan. [JG 1a, 1b, 2c; N 19, Q 111 add.; monogr.] I-12
bewusteloos van zijn eigen af: van zien eigen aaf (Elen) hoe is of wordt iemand die een harde slag op het hoofd heeft gekregen (met een zinnetje antwoorden) ? [ZND 23 (1937)] III-1-2
bezadigd volzadigd: ook materiaal znd 21, 18  volzêidigd (Elen) bezadigd [ZND 01 (1922)] III-1-4
bezem bessem: bɛsǝm (Elen), bezem: bīəsəm (Elen, ... ) bezem [ZND 01 (1922)], [ZND 21 (1936)] || Het keren van de dorsvloer gebeurt vaak met een bezem vervaardigd uit bremtakken. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 14, 32b en 34b] I-4, III-2-1
bezoek bezoek: bezéuk (Elen) bezoek [ZND 01 (1922)] III-3-1
bezoeken bezoeken: bezeuken (Elen) Kom mij eens bezoeken. [ZND 21 (1936)] III-3-1
bibberen beven: bèven (Elen), bibberen: bubberen (Elen, ... ), rijderen: rīëren (Elen) beven, bibberen [ZND 21 (1936)] || bibberen [ZND 01 (1922)] III-1-2
bidden beden: de moos tich bēəën (in de kirk) (Elen) Ge moet bidden (in de kerk). [ZND 21 (1936)] III-3-3
biechten (gaan) biechten (gaan): beechten (Elen), zich biechten (gaan): us gelijk D. und  we gaon us beechten (Elen) Biechten. [ZND 01 (1922)] || We gaan biechten, of ... ons biechten, of ... te biechte (welke uitdrukking is hiervoor gebruikelijk?). [ZND 21 (1936)] III-3-3