e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L363p plaats=Ellikom

Overzicht

Gevonden: 1613
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huilen beuken: syn. janke  biêke (Ellikom), janken: syn biêke  janke (Ellikom), sniffen: Een nevenvorm voor snuffen (intensief van snuiven) z.ook snutere en snòffe  sniffe (Ellikom), snoffen: snòffe (Ellikom), snotteren: buviêr zaat det jònk nûw weer te snutere  snutere (Ellikom), zumpen: men hoort ook simpe Det jònk zitsj nûw al ein oor te zimpe, òmdet het zi-jn gòsting neet kri-jgt  zimpe (Ellikom) huilen || huilen, pruilen || wenen || wenen, huilen || zachtjes huilen || zachtjes wenen III-1-4
huis, woning kruipkot: Ze zitte doa möt hun vi-jf keiner in ein echt krûpkuut  krûpkuut (Ellikom) een klein en onaanzienlijk woninkje III-2-1
huishouden huishouden: En uis hûshauwe wèèrde mötaan gruter en gruter  hûshauwe (Ellikom) het huishouden III-2-1
huisraad, inboedel pattaklang: parteklang (Ellikom) inboedel III-2-1
huisvlieg, vlieg vlieg: vleeg (Ellikom) vlieg III-4-2
huur huur: hēr (Ellikom) huur [ZND m] III-2-1
huurcontract huurceel: heerseel (Ellikom, ... ), Ze mees den hèèrd nog sjòmmele  heersel (Ellikom) huurceel || huurcontract III-2-1
huurhuis huurhuis: heerhûs (Ellikom) huurhuis III-2-1
ijken stemperen: de gewichten stempere (Ellikom) De gewichten ijken"(de gewichten van de winkeliers nazien of ze nog juist zijn). [ZND 36 (1941)] III-3-1
ijsnagels ijsnagelen: ī.snē̜.gǝl (Ellikom) Hoefnagels in verschillende lengtes, voorzien van beitel- of wigvormige kop, waarmee bij gladheid het hoefijzer wordt vastgezet. Zie ook afb. 234. De ijsnagel is slechts geschikt voor kortstondig gebruik. Bij langere periodes van gladheid wordt het hoefijzer voorzien van al dan niet uitneembare kalkoenen. Zie ook de toelichting bij dat lemma. Zie voor het woordtype ɛijsnagelɛ ook Limburgs Idioticon s.v. ijsnagel: "Bijzonder slach van nagels waar men de peerden meê scherp zet in den winter. Geh. Beringen."' [N 33, 367b; N 33, 371; JG 1a; JG 1b; JG 1d; JG 2b; monogr.] II-11