e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Epen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kraaien, gezegd van de haan kraaien: krii̯ǝnǝ (Epen) [N 19, 49; Vld.; monogr.] I-12
kraakbeen knoers/knors: knoo-asch (Epen) kraakbeen [SGV (1914)] III-1-1
kraanvogel kroenekraan: kroewnekrane (Epen) kraanvogel [SGV (1914)] III-4-1
krabben kratsen: kratse (Epen) krabben [SGV (1914)] III-1-2
kralen van de rozenkrans koonder: kònder (Epen) De kralen van de rozenkrans [de kralle, krelkes, kraole, kräölkes?]. [N 96B (1989)] III-3-3
kramer koopman: koupmaan (Epen) kramer [SGV (1914)] III-3-1
kransen een krans maken: krans maake (Epen) Een krans van dennegroen maken voor een priesterfeest [krensen]. [N 96D (1989)] III-3-3
krant gazet (<fr.): gəzit (Epen), Opm. e netals Fr. woord eette.  gezet (Epen) een dagelijks verschijnend drukwerk ter verspreiding van nieuws en wetenswaardigheden en tot voorlichting van het publiek [gazet, krant, courant, journaal, dagblad] [N 87 (1981)] || krant [SGV (1914)] III-3-1
krassen kratsen: kratse (Epen), krátsə (Epen) het geluid geven van een scherp voorwerp dat over een hard oppervlak schraapt [skratsen, krassen, kratsen] [N 91 (1982)] || krassen [SGV (1914)] III-4-4
kreeft kreeft: Fransche è  krèf (Epen) kreeft [SGV (1914)] III-2-3