24729 |
esdoorn |
lepelboom:
lêêəpəlboom (Q207p Epen)
|
De esdoorn: een grote boom met dichte kroon; de twijgen zijn donkergrijs met groene knoppen; het blad is donkergroen, aan de onderzijde grijs; de bloemen staan in hangende trosvormige pluimen, terwijl de gevleugelde zaden onderling een scherpe hoek vormen [N 82 (1981)]
III-4-3
|
21854 |
etalage |
etalage (<fr.):
eetàlààsj (Q207p Epen)
|
de grote winkelruit waarachter men zijn waren uitgestald heeft [vitrine, etalage] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
18047 |
etter |
materie:
matirje (Q207p Epen)
|
etter [SGV (1914)]
III-1-2
|
23610 |
evangelie |
evangelie:
evangelie (Q207p Epen)
|
De tweede lezing, het evangelie [t evangillie, evangjillióm?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
20172 |
familie |
familie:
famĭĕlje (Q207p Epen)
|
het geheel van bloedverwanten van dezelfde naam [familie, volk, parentatie, vriend] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
22664 |
fanfare |
fanfare:
fanfaar (Q207p Epen)
|
Een muziekkorps dat bestaat uit koperen blaasinstrumenten en slagwerk [fanfare, fanfaar, muziek]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
22431 |
feest |
feest:
feͅs (Q207p Epen)
|
De bijeenkomst en samenzijn ter viering van een heuglijk feit of een gedenkdag [feest, kermis, begankenis]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
22511 |
feest bij de ondertrouw |
aanschrijven:
aasjrieve (Q207p Epen)
|
Het feest bij de ondertrouw [hoog]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
22444 |
feest van sinter-greef |
halfvasten:
haof vaaste (Q207p Epen)
|
Het feest van Sinter-Greef (half vasten) [grevin, greve, miknem]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
23760 |
feestdag van een heilige |
namensdag:
naames-daag (Q207p Epen)
|
De naamdag van een heilige. [N 96C (1989)]
III-3-3
|