e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eupen

Overzicht

Gevonden: 1837
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bliksemen bliksemen: ps. omgespeld volgens IPA! (is niet goed, volgens de spellingsregels, genoteerd!).  ət blītst (Eupen, ... ) bliksemen [ZND 21 (1936)] || het bliksemt [ZND 01 (1922)] III-4-4
blikslager blikslager: blē̜xšlēgǝr (Eupen  [(mv blē̜xšlēgǝrǝ)]  ) Ambachtsman die blik verwerkt en blikken voorwerpen herstelt. [N 66, 55a; Wi 2; L 34, 17a; monogr.] II-11
bloed bloed: blu.u.t (Eupen) bloed [ZND m] III-1-1
bloedworst bloedworst: blu̞‧u.two.əš (Eupen), poettes: putəs (Eupen), pu~.təs (Eupen), verderbt aus frz. boudin, bezw. spätlat. botulus und botellus, woher auch frz. boyau, ital. budello (Darm)  pūtəs (Eupen) bloedworst [ZND 21 (1936)] III-2-3
bloei fleur: flur (Eupen) Opgaven voor de uitdrukking "in (de) bloei staan"; het zelfstandig naamwoord. [L 32, 76; monogr.] I-4
bloeien bloeien: blȳu̯ǝ (Eupen), blōǝ (Eupen) De algemene uitdrukking voor het in bloei staan of bloesem dragen van planten en gewassen. In het materiaal-JG is uitdrukkelijk opgegeven dat het om het bloeien van koren gaat. In dit lemma worden de werkwoorden bijeengezet; in het volgende lemma komen de zelfstandige naamwoorden aan bod. [JG 1a, 1b; L A2, 373; L 32, 77, R 1, 37; monogr.] I-4
bloem (alg.) bloem: bloome mv (Eupen), blu.mə (Eupen), blu̯‧um (Eupen) bloem [Heem 08.5-6 (1964)] || bloemen [RND] III-4-3
bloementuin tuin: tuene (Eupen) [Willems (1885)] I-7
bloemknop knop: knop (Eupen) bloemknop [ZND m] III-4-3
bloemperk veldje: veͅltjə (Eupen) [ZND m] I-7