e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eupen

Overzicht

Gevonden: 1837
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
getouwsteller errichter: ɛrextǝr (Eupen) Persoon die het getouw stelt. In de handweverij is dat de wever zelf, in de fabriek is deze persoon een aparte functionaris. De constructie van het weefgetouw is betrekkelijk eenvoudig (Van de Ven, pag. 6). Het is geheel uit losse delen opgebouwd en wordt ter plaatse gemonteerd. [N 39, 6] II-7
getrouwde vrouw bestade vrouw: of ....  bəsjtàddə vró (Eupen), getrouwde vrouw: of .....  gətrówdə vró (Eupen) getrouwde vrouw; een - - moet kunnen naaien [RND] III-2-2
getuigen tuigen: ty;y.gə (Eupen) getuigen [ZND m] III-3-1
gevel gevel: geͅvəl (Eupen), g‧īvəl (Eupen) een schoone gevel [ZND 35 (1941)] || gevel III-2-1
geven geven: géve (Eupen) geven [ZND 25 (1937)] III-1-2
gevoelig kriebelig: kribəlex (Eupen) gevoelig III-1-4
gewas plant: plɛnt (Eupen) Collectief voor hetgeen verbouwd of geteeld wordt op het veld. [L 1, a-m; S 20; monogr.] I-4
gewoonte gewente: gewände (Eupen) Gewoonte. [Willems (1885)] III-3-2
gewricht gelenk (du.): gəleͅmp (Eupen), gewerf: yəweͅ.r (Eupen), gewerver: yəweͅ.r.əvər (Eupen) Gelenk, gewricht [ZND m] || gewricht [ZND m] III-1-1
gezicht (spotnamen) muil: muīl (Eupen) Maul, muil [ZND m] III-1-1