e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eupen

Overzicht

Gevonden: 1837
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huis, woning huis: hūs (Eupen), woning: wuneŋ (Eupen) huis [ZND 01 (1922)] || woning III-2-1
huishouden huishoud: hušərt (Eupen) Wat een armzalig huishouden [ZND 27 (1938)] III-2-1
huishoudster huishouderse: hushɛldəršə (Eupen) huishoudster III-2-1
huisje huisje: hyskə (Eupen) toilet III-2-1
huismus, mus mus: mösch (Eupen), møš (Eupen) mus [Willems (1885)], [ZND 01 (1922)] III-4-1
huisraad totten: toͅtə (Eupen) alter Hausrat III-2-1
huisraad, inboedel hotten en totten: hoͅtə ɛn toͅtə (Eupen), huisraad: hušərt (Eupen), hyšərt (Eupen) das ganze Hausgerät; de hele huisraad || huisraad [ZND m] III-2-1
huisvlieg, vlieg vlieg: flég (Eupen), vleïg (Eupen), vli‧i.x (Eupen) vlieg [Willems (1885)] III-4-2
huisweide bleek: blēͅi̯.k (Eupen), huiswei: hūs[wei} (Eupen) I-7
hulp, bijstand hulp: hø͂ͅlp (Eupen) hulp III-1-4