e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q202p plaats=Eys

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dwarsdrijver dwarserik: dwärserik (Eys), warsdrijver: wèjisdriever (Eys), m.  wēͅ.əš˂drī.vər (Eys) dwarsdrijver [SGV (1914)] || iemand die zonder goede reden altijd tegen spreekt; die altijd anders wil dan de meerderheid [dwarserik] [N 85 (1981)] III-1-4
dwarsligger zwel: šw˙ɛl (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Maurits]) Houten of ijzeren dwarsligger waarop de spoorstaven worden bevestigd. De vormen "sousguide" en "travers" worden in de Belgische mijnen voornamelijk ondergronds gebruikt, terwijl men bovengronds meestal van "bille" spreekt (Vanwonterghem pag. 202). [N 95, 709; monogr.; Vwo 132; Vwo 300; Vwo 722; Vwo 790] II-5
dwarspijler querstreb: kwę.arštr ̇ēp (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Domaniale]) Pijler die evenwijdig aan de strijkrichting van de koollaag ligt. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel -(pijler) het lemma Pijler. [N 95, 480; N 95, 286] II-5
dwaze streek domgraverij: v.  d‧uəmgr‧oͅavəreͅ.i̯ (Eys), stomme streek: stomme strek (Eys) een dwaze streek [woei] [N 85 (1981)] III-1-4
dwaze, onbezonnen daad actie: actie (Eys), gekke slag: m.  geͅ.kə šlā.x (Eys) een dwaze onbezonnen daad [akt, actie, kapsie] [N 85 (1981)] III-1-4
dweil schrobdoek: šrup˂dōk (Eys), schrobhoddel: šruphodəl (Eys) grove doek waarmee vloeren, stoepen, etc samen met water worden schoongemaakt [DC 15 (1947)] III-2-1
dweilen schrobben: šrubə (Eys, ... ) stenen of houten vloeren, stoepen, etc. met behulp van water en een grove doek schoonmaken [DC 15 (1947)] III-2-1
dwingen dwingen: dwinge (Eys), getswonge zīēe (Eys), zwingen (du.): tsw‧eͅŋə (Eys) het iemand onmogelijk maken anders dan op een bepaalde wijze te handelen [dwingen, nopen] [N 85 (1981)] || nopen [SGV (1914)] III-1-4
dynamiet dynamiet: dinami.t (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Maurits]) Springstof met nitroglycerine als grondstof. Dynamiet wordt vooral gebruikt om zeer harde steenlagen los te maken. [N 95, 422; N 95, 419; monogr.; Vwo 301] II-5
dynamo dynamo: din˙āmo. (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Emma, Hendrik, Wilhelmina]) De kleine dynamo die gekoppeld is aan een door perslucht aangedreven turbine en de benodigde elektrische stroom levert voor de persluchtlamp. [N 95, 259] II-5