22358 |
hoepel |
reep:
reep (Q202p Eys),
ring:
reŋk (Q202p Eys),
werkwoord is "rinkvaren
rink (Q202p Eys)
|
a) Grote houten of ijzeren ring die met een stokje of een ijzeren haak wordt voortgedreven, zodat hij over de weg voortrolt [hoepel, reep, kuil]. [N 88 (1982)] || Hoe noemt men het kinderspeelgoed, bestaande uit een grote houten of ijzeren ring, die met een stokje, een haak of een oog wordt voortgedreven, zodat hij over de weg rolt? [DC 19 (1951)] || hoepel [SGV (1914)]
III-3-2
|
22359 |
hoepelen |
repen:
reepe (Q202p Eys, ...
Q202p Eys),
ringvaren:
reŋk vārə (Q202p Eys),
ringvaare (Q202p Eys)
|
b) Met de hoepel spelen [hoepelen, banden, repen]. [N 88 (1982)] || hoepelen [SGV (1914)]
III-3-2
|
18017 |
hoest |
hoest:
hos (Q202p Eys)
|
hoest [SGV (1914)]
III-1-2
|
18018 |
hoesten |
hoesten:
h˙ōstǝ (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Maurits])
|
[N 95, 964]
II-5
|
32937 |
hoeveelheid hooi die men opsteekt |
armvol:
hęrvǝl (Q202p Eys)
|
De hoeveelheid hooi die de opsteker in één keer met z''n gaffel aangeeft aan de optasser. Zie voor het vocalisme van het woordtype riek de opmerking in de semantische toelichting bij het lemma ''houten schudgaffel'' en bij het lemma ''hooihark''.' [N 14, 118; A 34, 5a]
I-3
|
25414 |
hoeven verwijderen |
tenen afhouwen:
tiǝnǝ āfhōwǝ (Q202p Eys)
|
Eerst wordt de gehele poot verwijderd van het lijf en dan worden later de hoeven van de poot gekapt. Het kan zijn dat sommige antwoorden eerder duiden op het begrip "poot verwijderen" dan op "hoef verwijderen". [N 28, 46; monogr.]
II-1
|
21866 |
hogen |
hoger bieden:
h‧uəgər b‧eͅi̯ə (Q202p Eys),
verhogen:
verhuuge (Q202p Eys)
|
de eerder geboden som verhogen op een veiling [hogen, een hoog zetten] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
21966 |
hok om te paren |
kweekhok:
kweekhok (Q202p Eys),
(o.).
kwē.khoͅ.k (Q202p Eys)
|
een hok speciaal om er te paren en te broeden? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
22147 |
hokjes waarin een duivenmand verdeeld is |
afdelingshokjes:
afdelingshukskes (Q202p Eys),
hokjes:
(o.).
høͅ.kškə (Q202p Eys)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: hokjes waarin de duivenmand verdeeld is? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
22139 |
hoklijst |
hoklijst:
hokliest (Q202p Eys),
(v.).
hoͅ.klī.s (Q202p Eys)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: hoklijst, lijst waarop alle duiven moeten worden ingeschreven? [N 93 (1983)]
III-3-2
|