22329 |
lijn waar het spel begint |
schraam:
sjroͅam (Q202p Eys),
streep:
sjtrīp (Q202p Eys),
striep (Q202p Eys)
|
De lijn waar bepaalde spelen beginnen [meet, mark, schreef, schram, erke, aanbrak, ambrok, lambrak, doodmeet]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
33273 |
lijnzaad, vlaszaad |
lijzaad:
lēzǭt (Q202p Eys)
|
Linum usitatissimum L. Lijnzaad is de gebruikelijke naam voor het zaad van de vlasplant en, in verband met de olieproduktie, ook voor het gewas. Zie paragraaf 4.2 en in het bijzonder het lemma Vlas. Uit de gerepelde en gedorste zaadbollen wordt olie geslagen, de lijnolie; de overblijvende pulp is een gezocht veevoer. De vormen die hier zijn samengebracht onder de typen lijzend en lijzens zijn te beschouwen als varianten van lijzaad, met een bijzondere verzwaring van het eerste lid. Ze zijn als afzonderlijke typen behandeld vanwege de samenstellingen in dit lemma en in de volgende lemmaɛs. [S 22; Wi 18; monogr.; add. uit JG 1b; L 1 a-m; L 1 u, 149; L 42, 59; RND 31]
I-5
|
21098 |
lijnzaadmeel |
lijzatemeel:
lēzǫtǝmɛ̄ǝl (Q202p Eys)
|
De gedroogde pulp die overblijft na het slaan van de olie uit het lijnzaad. Het meel wordt als veevoeder gebruikt. Indien in samenstellingen met lijnzaad- dit woorddeel onverkort is gebleven en gelijk aan de opgave voor lijnzaad in dat lemma, dan is hier naar de variant van het lemma Lijnzaad, Vlaszaad verwezen. Voor de typen lijzend en lijzens naast lijzaad zie de toelichting bij het lemma Lijnzaad, Vlaszaad. [monogr.; add. uit L 1 a-m; L 1 u, 149; L 42, 59; RND 31]
I-5
|
21987 |
lijst met deelnemende duiven |
hoklijst:
hokliest (Q202p Eys),
staat:
(m.).
št‧āt (Q202p Eys)
|
de lijst waarop elke liefhebber zijn deelnemende duiven laat inschrijven? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
24567 |
lijsterbes |
lijsterbes:
-
leisterbes (Q202p Eys)
|
lijsterbes (Sorbus aucuparia) [DC 26 (1954)]
III-4-3
|
20492 |
likken |
lekken:
lekke (Q202p Eys),
leͅ.kə (Q202p Eys),
lepsen:
lēpssche (Q202p Eys)
|
likken; Hoe noemt U: Met de tong over iets heen en weer gaan om zo het voedsel op te nemen (likken, lekken, leppen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
20904 |
limonade |
limonade:
līēmōnaad (Q202p Eys)
|
limonade door een rietje zuigen [DC 35 (1963)]
III-2-3
|
24821 |
lindeblad |
lindeblad:
lingeblad (Q202p Eys)
|
lindeblad [SGV (1914)]
III-4-3
|
21478 |
liniaal |
lat:
lat (Q202p Eys),
regel:
reegel (Q202p Eys),
regel (Q202p Eys)
|
een dunne rechte lat met een maatverdeling om er lijnen langs te trekken [liniaal, linie, regel, regelet] [N 90 (1982)] || liniaal [SGV (1914)]
III-3-1
|
17867 |
links, linkshandig |
links:
liŋs (Q202p Eys)
|
Zegt men van iemand die bij voorkeur zijn linker hand gebruikt: Hij is ... [DC 50 (1975)]
III-1-2
|