34069 |
muntige koe |
manse koe:
mau̯s [koe] (L371a Geistingen)
|
Koe die men een tijdlang vrij wil houden en daarom niet laat dekken als ze tochtig is. Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 28]
I-11
|
33627 |
mutsaard, houtmijt |
krikkenberm:
krikkeberm (L371a Geistingen, ...
L371a Geistingen)
|
houtmijt, stapel takkebossen [N 05A (1964)] || houtmijt, stapel takkenbossen [N 27 (1965)]
I-7
|
23492 |
muurkapelletje |
muurkapelletje:
moorkepelke (L371a Geistingen)
|
Een kastje of kleine nis, aangebracht tegen een muur en voorzien van een beeld of relikwie. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
22751 |
muziek |
muziek:
Sub e stökske meziek maken: uitvoeren, ten gehore brengen.
meziek (L371a Geistingen)
|
[Muziek].
III-3-2
|
22670 |
muziekinstrument |
instrument:
instrument (L371a Geistingen)
|
een instrument waarmee muziek gemaakt kan worden [instrument, muziekje] [N 112 (2006)]
III-3-2
|
22666 |
muzikant |
muzikant:
muzikant (L371a Geistingen)
|
iemand die een muziekinstrument bespeelt of muziek componeert [musicus, muzikant] [N 112 (2006)]
III-3-2
|
23814 |
naampatroon |
patroon (<fr.):
petroen (L371a Geistingen)
|
Een naampatroon, de heilige naar wie men is genoemd [namenspatroeën]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23529 |
naar de mis gaan |
mis horen:
mes huure (L371a Geistingen)
|
De mis bijwonen, de mis horen [mès huëre, mès bèèje?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
17848 |
naar huis gaan |
heimwaarts gaan:
now gôân ich heives (L371a Geistingen)
|
Wat zegt men in uw dialect? Nu ga ik naar huis. [ZND 48 (1954)]
III-1-2
|
34013 |
naar links |
haar:
hār (L371a Geistingen)
|
Voermansroep om het paard naar links te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95 c, 95d en 96; L 1 a-m; L B 2, 255; L 26, 2; L 36, 81c; S 12; monogr.]
I-10
|