e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L371a plaats=Geistingen

Overzicht

Gevonden: 2251
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hoed (alg.) hoed: hoot (Geistingen) Hoed. Is die hoed voor u, Jef? [ZND 09 (1925)] III-1-3
hoeden van koeien hoeden: hø̄jǝ (Geistingen), hø̄jǝn (Geistingen) [N 3A, 12a; N M, 2; JG 1a, 1b; A 48, 18c; L 1a-m; L 27, 5; S 14; Wi 39; R; monogr.] I-11
hoef van de koe klauw: klau̯w (Geistingen) De hoef van de koe, in zijn geheel. [N 3A, 119a; JG 1a, 1b] I-11
hoekschop corner (eng.): kórnər (Geistingen) Hoekschop. [DC 49 (1974)] III-3-2
hoepel reep: reip (Geistingen) 1. Hoepel. III-3-2
hoepelen repen: reipen (Geistingen, ... ), /  rijpe (Geistingen), Sub reip, (1).  reipe (Geistingen) [SND (2006)]Hoepelen. || Lievelingsspel 2. [SND (2006)] || rijpen [SND (2006)] III-3-2
hoeveelheid hooi die men opsteekt gaffel: gafǝl (Geistingen) De hoeveelheid hooi die de opsteker in één keer met z''n gaffel aangeeft aan de optasser. Zie voor het vocalisme van het woordtype riek de opmerking in de semantische toelichting bij het lemma ''houten schudgaffel'' en bij het lemma ''hooihark''.' [N 14, 118; A 34, 5a] I-3
hok opbinden binden: benjǝ (Geistingen), bęnjǝ (Geistingen) Het leggen van een band om de koppen van de schoven als deze in een hok bijeengezet worden. Het voorwerp van het werkwoord is steeds "hok, stuik". De volgorde van de varianten van het type binden is zoals in het lemma ''schoven binden'' (4.6.2). [N 15, 33; monogr.] I-4
hongerzwerm hongerzwerm: hoŋǝrzwęrm (Geistingen) Bijenvolk dat door de honger gedreven, kast of korf verlaat. Wanneer er in de woning geen druppel honing en korrel stuifmeel meer is, besluit het bijenvolk tot massale vlucht. Door het feit dat de bijen geen gevulde honingblaasjes hebben, steken zij snel en geducht. Een hongerzwerm komt echter slechts sporadisch voor. [N 63, 37c; N 63, 37e] II-6
honing honing: hōneŋ (Geistingen) Produkt door de bijen uit bloemvocht of nectar bereid en afgezet in de cellen van de raten. Honing is een zoete stof die door mensen als voedingsmiddel wordt gebruikt. [N 63, 43b; N 63, 111; L 1a-m; L 35, 105; S 14; S 38, JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 128; A 9, 8; monogr.] II-6