e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Geistingen

Overzicht

Gevonden: 2251
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kluit aarde klot: klǫt (Geistingen) [N 27, 36; S 18; R 3, 8; L 28, 8; L 28, 9; L 1a-m; L B2, 290; ALE 257; Vd.; monogr.] I-8
kluizenaar kluizenaar: kluzenier (Geistingen) Een man die in een eenzame woning afgezonderd leeft van de wereld, kluizenaar [(h)er(r)emiet]. [N 96D (1989)] III-3-3
kluizenaarswoning kluis: kloes (Geistingen) De woning van zon kluizenaar [kloes]. [N 96D (1989)] III-3-3
knellen pitsen: pitsə (Geistingen) die schoenen knellen mij (doen pijn) [ZND 28 (1938)] III-1-2
knellen, gezegd van schoenen pitsen: pitsə (Geistingen) die schoenen knellen mij (doen pijn) [ZND 28 (1938)] III-1-3
knevels knevels: knēvǝls (Geistingen) Beide haakjes aan de bitringen, die aan het hoofdstel worden opgehangen. [N 13, 45] I-10
knibbelen mikado: mikado (Geistingen) het spel waarbij de spelers staafjes (26 of 28) die verward op een hoopje liggen, met een haakje of een staafje telkens een staafje moeten ophalen zonder de andere te bewegen [knibbelen, knipperen] [N 112 (2006)] III-3-2
knie knie: kni j (Geistingen) knie [ZND 28 (1938)] III-1-1
knieband voor een stier of kalf knieband: knii̯bant (Geistingen) IJzeren, soms houten beugel of ring aangebracht ter hoogte van de knie, meestal met een touw om de horens. Deze knieband wordt bevestigd om de koeien los te kunnen laten lopen en tevens ze in bedwang te kunnen houden. [N 3A, 14c; monogr.] I-11
knielbankje knielbankje: knielbènkske (Geistingen) Het knielbankje van de kerkbank. [N 96A (1989)] III-3-3