21271 |
markt |
markt:
ma:t (Q251p Gemmenich)
|
markt [RND]
III-3-1
|
22739 |
marmeren beeld |
beeld:
e marmere beeld (Q251p Gemmenich)
|
Marmeren beeld. [N 06 (1960)]
III-3-2
|
22440 |
masker |
maske:
`maskə (Q251p Gemmenich)
|
Maske: 1. Maske.
III-3-2
|
20909 |
mayonaise |
mayonaise:
màjónéé (Q251p Gemmenich)
|
mayonaise [RND]
III-2-3
|
17849 |
meegaan |
gaan met:
da gønt fər tə hōp (tə zā:mən) med əx (øx) (Q251p Gemmenich),
meegaan:
met xūə (Q251p Gemmenich)
|
Dan gaan we met u mee. [ZND 04 (1924)] || Waar gaat ge heen, willen we met u meegaan ? [ZND 04 (1924)]
III-1-2
|
21273 |
meester |
leraar:
li.ərər (Q251p Gemmenich)
|
(school)meester [RND]
III-3-1
|
22458 |
mei |
meiboom:
`maj.bō.m (Q251p Gemmenich)
|
Majboom: Birkenbäumchen, das beim Richtfest (wenn der Rohbau eines Hauses fertig ist) auf dem Dach aufgestellt wird.
III-3-2
|
33337 |
meid, dienstmeid |
maagd:
māt (Q251p Gemmenich)
|
Meid is een noordelijke vorm, een samentrekking uit maged, maagd. Kok en keukense slaan op de keukenmeid. Dienstbode is een expansie uit de (Noord-)Nederlandse standaardtaal. [L 1, a-m; L 1u, 156; L 38, 10; RND 118; R 12, 30; S 6 en 23; Wi 6; monogr.]
I-6
|
34237 |
melk |
melk:
melǝk (Q251p Gemmenich),
mē.lǝk (Q251p Gemmenich)
|
De hoofdzakelijk uit water, eiwit, vet en melksuiker bestaande witte vloeistof die door het vrouwelijk rund wordt afgescheiden. Op de kaart is het woordtype melk niet opgenomen. [A3, 3; A 11, 1c; A 17, 17; A 7, 14; RND 40; RND 127; S 23; JG 1a, 1b, 2c; L 1a-m; L 4, 3; L 29, 5; NE 3, V 6n; Vld.; Gwn 10, 1; monogr.]
I-11
|
33882 |
melk van het paard |
melk:
mēlǝk (Q251p Gemmenich)
|
De biest- of paardsmelk bevat ingrediënten die het veulen tegen verscheidene ziekten weerstand geven en die er bovendien voor zorgen dat het darmpek, de taaie, donkere substantie die zich in de darmen van het pasgeboren veulen bevindt (zie het lemma ''de eerste uitwerpselen van het veulen'' (5.7)), verwijderd wordt.' [N 8, 32.6 en 57]
I-9
|